donderdag 23 augustus 2007

donderdag 23 augustus

9u30 - Ferrerlaan

Overal in de binnenstad zijn plekken die de duizend verhalen vertellen van wat er gebeurde en, parafrase op Borges, van wat gebeuren zal, een ondoorgrondelijk netwerk van belangrijke en van minder belangrijke gebeurtenissen. In een tweedehands boekhandel vlakbij de Lievekaai bijvoorbeeld, een pand dat na het overlijden van de eigenaar gedurende enige tijd tot de plaatselijke leegstand behoorde, kocht iemand een Hachette editie met werk van Uccello. Jaren eerder, begin jaren tachtig of zo, wist de man die het antiquariaat runde een zeldzame editie van Frans Masereel te bemachtigen. Een net zo zeldzame editie van The Four Zoas van William Blake zag hij aan zijn neus voorbijgaan, iemand was hem voor geweest. In Foyles slijten ze intussen een herdruk.

Aan de ontbijttafel komt het gesprek eerst op Ornette Coleman en de Bach-intro van Falanga, dan Lino Ventura in L'Armée des Ombres. Er zijn gasten uit Amerika, de dame in een Tante Pollewop slaapjurk, wat anders heeft ze niet bij, in Zaventem liep iets fout met de bagage.
Het ontbijt is rijkelijk gelardeerd met lekkernijen, kalkoenfilet, pepersalami, rauwe en gekookte ham en Franse kazen, Le Rustique, een Camembert van Jean Verrier, Brie de Beaune en Le Cremier de Chaumes. De pot Nutella zit op zijn tandvlees.
Een kleine, elegante ruil: de gastheer overhandigt een dvd van 'Number Seventeen', een film van Hitchcock uit 1932 en krijgt hiervoor naast 'Murder' - uit 1931, een Hitch die ik al had - een boek van Jody Vassallo met de veelbelovende titel 'Een kom Noedels'. We installeren ons in de werkkamer. Hier twee exemplaren van L'Armée des Ombres, een mikmak aan papieren, ingelijste werken die met de voorzijde tegen het bureaumeubel aanleunen, op de vloer slingert een niet geopende enveloppe, andere werken kwamen aan de muur terecht en suggereren een voltijds prentenkabinet en uit de boxen klatert Saturday Sunday van het Giuffre-Bley-Swallow trio, een release van begin jaren negentig. Dertig jaar na dato doken de kompanen van weleer de studio in en realiseerden een opname die bol staat van ritmische en melodische vondsten, ze hadden er duidelijk zin in.

Het werkplan is scannen van een paar honderd mailarts uit de SHcorr collectie en er een QT-film van maken. Het eindproduct, 'Hands & Gestures' is bedoeld voor een project in Istanbul. De foto- en tekstfragmenten die het tweede segment van de reeks stofferen, een reeks die op zijn beurt een onderdeel is van het project 'Kausale Zusammenhang', komen zo goed als allemaal uit De Morgen toen de afgedrukte foto's nog de charme hadden van iets dat snel en eenmalig geconsummeerd wordt. 'De fotokwaliteit van een krant moet iets snels hebben.' Wie zegt het. 'Met de huidige kwaliteit,' zeg dat iemand het gezegd heeft, 'geven ze er een eeuwigheidswaarde aan wat die beelden niet hebben.'
Hands & Gestures - Bley, Giuffre en Swallow zijn op 'Saturday Sunday' in bloedvorm. Tristano neemt over met het sublieme C minor Complex. De Epson kan het tempo van Lennie niet volgen. Het scannen gebeurt per drie en in chronologische volgorde. Had op automatische piloot gekund als het formaat van de mailarts exact identiek was geweest. Dat is niet het geval.
Op de achtergrond nemen James P. Johnson en Fats Waller over met een vrolijke geut Stride piano.
'En een traan wegpinken,' sneert de man aan de scanner, 'komaan. Die heb ik niet gezien hoor, die tranen.'
Dat er gelachen werd tijdens die Bach-intro van Falanga is tot daar aan toe. Coleman zal meteen begrepen hebben dat hij met een lomp en provinciaal publiek te maken had. Het concert in Milaan waar het net zo hard aan toeging, met twee bassen en twee drums, Denardo nota bene was er één van, is meer dan een kwarteeuw geleden.
Aan het bureaublad kleeft een scene uit Seven Samurai. De gastheer wijdt uit over een programma van Wim Kaiser, 'Nauwgezet en Wanhopig,' jaren tachtig was dat. Hij herinnert zich Jorge Semprun, Gabriel Marquez, Gyorgy Konrad en Georg Steiner samen aan tafel. Ze hadden het over de oorlog.

Na de middagpauze betreedt het Dave Holland Quintet de hifi met Not for Nothin'.
'De titel heeft als werk...' Vibrafoon en regen en de gebruikelijke vluchtigheid van dingen die gebeuren en niet gebeuren.
'Wel een grapje dattie maakt, die Epson...' Het toestel lijkt het even niet te weten. De gastheer maakt een beleefde buiging, knikt. Het geluid van een Epson. 'Zangerig. Bijna menselijk.'

In de hoek achter de computertafel staat een grijsgroene, metalen ministeriekast die door de gastheer als boekenkast ingericht werd. Uit wat zich onderin bevindt, valt vanop de plek waar ik plaatsnam weinig op te maken. Op het op een na onderste schap staan boeken, geen romans of wat daaraan verwant had kunnen zijn, essayistische beschouwingen van Octavio Paz, brieven van Flaubert of die van Sterne en Poésies van Houellebecq, maar de Hoogwaardigheidsbekleders - in strak gelid - van het Pantheon der Beeldende Kunst. Een schuine blik volstaat om door te hebben dat de kast schatten herbergt. Zonder mijn nek te breken kan ik volgende titels lezen:
-Les carnets de Leonardo da Vinci
-Apocalyps (de turf zelf is geen Fata Morgana, hier sla je elke beginneling de hersens mee in)
-Kasteel van Gaasbeek
-Pieter Pourbus (wat een gelegenheidsgeschenk was, verduidelijkt de gastheer)
-Cours de dessin van een zekere Charles Bargeu (Bargue of Bargin of Bargou), een turf. Turf, in zijn meest prozaïsche betekenis, is ongetwijfeld verwant aan turfsteken: boeken die zo dik waren dat je er een hele winter mee door kon. 'Dat is een mooi boek,' verduidelijkt de gastheer, 'dat is een mooi boek' - de negentiendeeuwse fundamenten van het tekenen naar levend model.
Geschiedenis. Mooie dingen. Een fata morgana. Schaduwen hobbelen onder de kranige tred van een burgermannetje, geeuwen, rekken zich uit over het voetpad, een voetpad als de bibliotheek van Borges, een slaapverwekkend ter plaatse trappelen van dingen die gebeurd zouden zijn als ze al niet veel eerder gebeurd waren geweest, enzovoort, een hectisch ratatouille van voetstappen. Ach, de geschiedenis is vol lering. Ook het scannen van de mailarts is zo meteen verleden tijd.

De meeste boeken op het op een na onderste schap hebben een cryptische titel, Kyrilisch voor wie het begrijpen kan - tenzij je tegen de leesrichting in weet te lezen. Het begint met de Vlaamse Primitieven, een redudant naslagwerk, andere boeken hebben 'Ikonen' en 'Masterpieces of Illumination' als titel. Er is de Piero Della Francesca van Ronald Lightbown, het standaardwerk over Piero Della Francesca, vlak ernaast het zeer mooie 'The Legend of the true icon', over het werk van Piero Della Francesca in Arezzo. Een ander boek houdt het bij Leon Spilliaert. Shadows of a hand staat naast 'A Mathematician's Art'. Ook dit werk behandelt het oeuvre van Piero Della Francesca.
Uten tittel is van een zekere Niels Chr. Gulmyrden. The Stages of Drawing behandelt Gestures and Act. Van Rodin La beauté Insensée. Dan iets van een zekere Bert Danckaert en History of Art van Janson. Met gewicht maar zonder leedvermaak staan de boeken in gelid, de vertrouwde raadsels van het oeuvre van Spilliaert, de ikonen en de onzichtbare schaduwen van een lichte huiver. Zonder de angst en het geluk van wat nog komen moet, zonder de angst en het geluk van wat voorbij is. De ikonen van een tijdloos oeuvre.

Het derde schap begint met J. J. Voskuil, delen 1, 3 en 4.
-Je bent in deel 2 aan het lezen dus.
-Ja, klopt.
Annick serveert een schaal met Mignonettes van Côte d'Or. Intussen exporteert Johan de gescande beelden naar een QTfilm, het formaat in pixels is 1772 x 1228. Stijn belt me, dan iemand van 11 11 11. We bekijken de middernachtzon en foto's van een maansverduistering die enkele maanden geleden plaatsvond.

Naast Voskuil staat Emily Dickinson, delen 1 en 2 van De Gedichten.
Naast Dickinson Rutger Kopland. Is zeer goed.
Naast Kopland iets van een zekere Huizinga. Dan Flaubert door Eric Le Calvez en een boek met een bloedrode cover: De leukste spelletjes van de wereld.
Picardië, Camouflage, een met zwart linnen afgewerkt foliant: Herzog en de Meuron, en Street Logos van Tristan Manco stokstijf naast de catalogus van een zekere Kare Nordvik.
Ok, goed, boeken zijn boeken. Perspectieven op het landschap is zonder perspectief en Tekenlessen in de Anatomie toont alleen wat je niet weten moet. The art of Man Ray bevindt zich naast Malevich en het onvermijdelijke Opus Magnum van Itten.
Het beste staat achterin: Giorgio Morandi.
Dan schap 3: Doppler, Ovidius, Vitrivius, 'Massa & Macht' van Canetti, twee delen Vasari, het Dagboek van Witold Gombrowicz en een titel - Curious Moments - waarvan het uiteinde achter een aantal plat op het derde schap liggende voorwerpen schuilgaat. De rij wordt afgeblokt door het tweedelige werk van F. B. Hotz.

'Als iets modern is, is het eigenlijk al niet meer modern.' Hoeveel tijd heeft een beeld nodig? 5 seconden? 5 seconden is lang.

Dagboek, Witold Gombrowicz, bladzijde 319: 'Dagboek Rio Parana.
DINSDAG
Om één uur 's middags gooide het schip de trossen los, maar ik merkte het niet... want ik keek naar de schepen achter in de haven... die zich langzaam begonnen te verwijderen, als op een as geplant, naar links, en Buenos Aires verwijderde zich... Wij varen.'

Geen opmerkingen: