donderdag 23 april 2009

donderdag 23 april











8u40. Laadruimte auto leeg maken --> tillen, heisen, sleuren. Een van de voorwerpen is een Olympia met a3-lader. Als ik de schrijfmachine uit de auto til, herinner ik me dat Ignace Devos toevallig langsliep - zo toevallig was het niet, hij woont daar in de buurt, vlakbij Sint-Jacobs - en dat hij het er mee eens was, dat het een mooie machine is. Zeven jaar op een zolder in Oostende heeft het ding geen deugd gedaan: pleisterwerk (waarvan ik niet weet of het toen al los hing) kwam in het binnenwerk terecht. De machine doet het nog.
9u50. Op het woonerf is niemand. Ik stapel drie exemplaren van elke boekpublicatie in een kartonnen doos en zoek nog wat spullen bijeen die we in Brussel gebruiken kunnen: een emmer, een dweil, veegborstels, dat soort dingen.
10u20. RVL aan de Afrikalaan. Een pot zwarte verf (mat, 2.5L). Aan de Dampoort is een helse drukte.
10u50. Steffie.
11u15. We hebben alles ingeladen: twee Jorisstoeltjes, het grijze en een van de blauwe, de kaartenstandaard, een kartonnen doos met boeken en cards, twee schragen, een plankje, Pellegrino en fruitsap voor onderweg, bekertjes. We stappen in, ik start de auto. 'De poort staat open,' merkt Steffie op. Godverdomme. Ik stap uit, sluit de poort. Twee minuten later glijden we over het asfalt en schalt Feist door de speakers. (kleine, onbelangrijke opmerking: een van de speakers doet het niet)
12u05. Zenne 17 Rue de la Senne. Het oude laboratorium. Steffie opent de poort, ik parkeer de auto achterin, we laden uit. Ischa met de mededeling dat ze vandaag nog voor nieuwe sleutels zorgen.
14u10. Het is een prachtige dag. Ik neem de afslag Bergen/Charleroi, eerst geen vuiltje aan de lucht, dan - ter hoogte van Anderlecht - een file die meer dan uur neemt. Het zijn de trucks die het verpesten, het zijn er zoveel, er is geen doorkomen aan. In Halle neem ik richting Lille/Tournai/Ath.
16u20. Doornik. Julian woont op huisnummer 48 in Rue Roc Saint-Nicaise. We laden in, rijden naar Brussel.
18u. Steffie is klaar met het werk, Julian begint er aan. Ik sta perplex: voor het traject Brussel-Doornik-Brussel heb ik 4 uur nodig gehad. Onbegrijpelijk. We reden Vorst binnen, of Ukkel misschien. Julian leek de plek te kennen, hij wist exact waar het rechts- en linksaf moest. Ik was er nooit eerder geweest. Ik ben een rustige chauffeur, haast maken is uit den boze. De beste manier van rijden is die van een taxi-chauffeur: het snelle manoeuver. Als je dat onder de knie hebt, heb je geen snelheid nodig, dan rij je vaak bijna vanzelf tussen de vele obstakels door. De verkeerslichten heb je er bij te nemen.
18u30. Fin de Siècle. We tafelen. Twee keer Agneau à l'Iranienne en twee salades. Ik heb graag salade bij het eten. Dat is een zuiderse gewoonte: sla, tomaat en ajuin op smaak gebracht met azijn en olijfolie. Alle andere salades zijn ingewikkeld. Die van Fin de Siècle is ingewikkeld.
20u00. We rijden Gentwaarts. Op het stuk voorbij Koekelberg neemt Steffie wat foto's. In de autoradio Blue Valentine.

Geen opmerkingen: