zondag 5 april 2009

zondag 5 april

Eerst op het knopje drukken. Dan twee seconden wachten. Twee seconden duurt het, meer tijd neemt het niet. Dan de code van het cijferslot intikken. Ook dit is deel beginnen uitmaken van de reeks gebruikelijke handelingen: het hangslot openen, de deurpanelen uiteen schuiven en dan een kartonnen doos op het barmeubel plaatsen (in de kartonnen doos mappen met statuten, prijsoffertes, recente en minder recente documenten Et Cetera). Naar de grote zaal stappen en hier als eerste handeling het omhoog duwen van de schakelaars in het kastje met zekeringen.



Dan - vijftien stappen daarvandaan - de bekabeling van de draadloze internetverbinding en de neonsculptuur inpluggen.


Als dit gebeurd is, sta ik voor een keuze. Van wat ik nog te doen heb, zijn er drie dingen die ik eerst kan doen:
(a) de dataprojector in de videoruimte activeren (dataprojector en bijhorende apparatuur), of
(b) de monitor met het korte filmpje van Steffie aanzetten, of
(c) naar het eind van de corridor en vervolgens diagonaal door de witte ruimte stappen en de bekabeling van de rookmachine inpluggen.






Ik kies voor (a).
Dan (c) en als dat gebeurd is (b).

Handeling (b): door de knieën buigen, het knopje van de monitor indrukken, even wachten, dan op play drukken (dat staat nergens aangegeven maar als onderdeel van handeling (b) heb ik het intussen vaak genoeg gedaan zodat ik die tweede knop blindelings weet zitten), dan de dvd-speler activeren, opnieuw wachten. Vooral niet nerveus worden of overhaast te werk gaan (beginnersfouten waar bijvoorbeeld ook het raadplegen van de mode d'emploi deel van uitmaakt). De afstandsbediening richten, niet op het beeldscherm (beginnersfout) maar op de dvd-speler. En vooral niet kwaad worden. Geen agressie, helpt geen moer. Tijdens het ledigen van dat ene glaasje single malt dat er teveel aan was, heb ik zo ooit een cd-speler naar de kloten geholpen. Het ding kon er niet aan doen, dat wist ik best. Jarenlang had het Mingus en Waits foutloos uitgevoerd, dus daar ging het allemaal niet om. Zo'n apparaat gaat ook niet groeien als je 't in de grond stopt, het goed aanstampt en het vervolgens elke andere dag wat water geeft.

Ik ben net van plan om handeling (b) uit te voeren als de eerste bezoeker binnenvalt, iemand die in Berlijn woont. Ada schildert, werkt samen met een atelier in Gambia en is trouwens ook een van de organisatoren van Temporary City Berlin.

Ik draai de warmwaterkraan open (eerste), reinig de lens van het fototoestel (tweede) - ik reinig de lens want die is bedoomd door het dampende schotelwater - en activeer de laptop (derde van de reeks nog te verrichten handelingen). Een gang van zaken noemen ze dat. Snijders heeft het er over in een van z'n stukjes, dat hij dat een mooie combinatie van woorden vindt: gang van zaken.



Er zijn nog meer bezoekers, de een wat voltalliger aanwezig dan de ander. Svend vertelt over OFF-off en hoe het komt dat hij in Gent is aanbeland. Het is een prachtige dag, het woonerf baadt in helder zonlicht. Nan-Ping springt binnen. Ze heeft een fujara bij, een gigantisch blaasinstrument uit Slowakije. Ze is een van de performers in een stuk van Peter Verhelst dat eind april in het Toneelhuis in première gaat, zegt ze, maar ze komt eigenlijk vooral omdat ze zin had om eens langs te komen.
In het eerste deel van Heimelijke Vreugde ben ik op bladzijde 281 aanbeland en de zin 'Ze lachten.'
De hoofdredacteur had me gebeld. Had me twee keer gebeld, een eerste keer terwijl ik met Ada over de logistieke ondersteuning van Temporary Berlin aan het praten was. Ze vroeg of we beeld- en audiomaterieel ter beschikking hadden. Ik nam het programma door, controleerde de gegevens en kwam er op uit dat we het net die week gedurende een week, geen dag meer, ter beschikking kunnen stellen. Ja dus. 'Misschien kan het,' zei ik. Van Ada vernam ik dat ze daar heel erg blij mee was.

De hoofdredacteur belt me omdat hij intussen meer weet over het eerstvolgende crox-boek. Dat wordt een turf van Hans Theys, het vervolg op Flower Power. 400 bladzijden wordt het. Voor lente 2009 hebben we nog een boek, dat van Stijn Van Dorpe.

Geen opmerkingen: