maandag 1 augustus 2011

de mus

Een mus. Is 't een mus? Het is geen mus. Een fiet, de teuf misschien. Een andere nakomeling van de dinosauriërs dus.
De nietmus gaat op de rand van een bloempot zitten. In de pot vijf pepers. Hoog schiet het niet op. Kijkt die kant op, geen kat te zien, kijkt de andere kant en pikt. Pikt aan de bloempotrand. Pikt twee keer. Verplaatst zich. Zelf kan ik het niet: hop, één simpel sprongetje en de mus, geen teuf, geen fiet en opeens ook minder mus, zit de andere kant op, wipt - weer een tel later - van bloempotrand naar stoelleuning, een sprong waarmee ik, als ik het kon, meteen al voorbij de dakgoot zat.
Ik kom tot inzicht. Een mus is het niet. En een tel later: weg. De teuf misschien.

2 opmerkingen:

Viswanathan Anand zei

aan de zang te horen moet dit een fuetsumteifje zijn...

laura van zei

De sleufgeup, de kneurpeut en de jeukpeun, waarde confrater, gevogelte van de aanzienlijk omvangrijke orde der reutemeuten, dat is wat hier aan de orde is. De sleufgeup, een inwijkeling, het piepkleine vogeltje is native in de ondoordringbare bangelijkheid van het Pemurische schiereiland, en onderscheidt zich van het gros van de gevleugelden door het inderdaad best bizarre en bijzondere feit dat het slechts één pootje heeft. Onderzoek heeft aangetoond dat het andere pootje een nestrest is, of nest nestdwang, zoals het dwangterritoriale nestgedrag van de geupen en aanverwante variëteiten tegenwoordig genoemd wordt. De kneurpeut onderscheidt zich van de neupsleuf, door de vonkend geel oplichtende donsharen die de aarsopening van het vijfpotige diertje bedekken, telkens het aan de 3de etude van Chopin begint. Van de pootloze jeukpeun of Ipu Upi is bekend dat het minuscule diertje zich rollend voortbeweegt waarbij het gebruik zou maken van een bijzonder gesoffisticeerde versie van het darmfluïdum. Hoogachtend.