dinsdag 26 februari 2013

%

De keutel uit het binnenste van het neusvlees weghalen.
Het onderste uit de put: neusvlees.

Met elke hartslag houdt op wat geschiedenis is.

zaterdag 23 februari 2013

O

Zoals bekend had het met La Disparition van Perec, gepubliceerd in 1968, niet zo'n vaart gelopen als Perec niet op een dag in Graubunden, op een plaatselijke boekenmarkt, de titel CELLO aangetroffen had, een beduimeld boekje, uitgegeven door Editions Borrel, met een beduimelde dame op de cover die op een terras in Saint-Lezaire doet alsof ze in een boek van André Pieyre de Mandiargues aan het lezen is, bijzonderheden waarover helemaal niemand iets geweten had als niet Perec zelf het in "Qui est-ce?", gepubliceerd in La Quinzaine, te berde had gebracht, dat de O van Poljotkin, of in elk geval dat ene gedicht, hem op het idee had gebracht om een boek zonder e te schrijven. D'abord une forme, ici particulièrement dégénérée - la poésie. Het degerenatief heeft niet noodzakelijk met het ontbreken van de O te maken, in het oeuvre van Poljotkin, maar met la possibilité du jeu. Het spel met die ene letter die ontbreekt. De Franse vertaling, in CELLO, wijkt af, meen ik, van wat Poljotkin bedoeld had kunnen hebben, maar dat euvel doet zich uiteraard ook voor met andere vertalingen van De hand die mens werd, en meer van dat. Perec merkt op dat net dit gedicht, specifiek, geen beeld geeft van wat het had kunnen zijn, net omdat de ontbrekende O niet op een fatsoenlijke manier vertaald kon worden, en dat het gedicht van Poljotkin net hierdoor het karakter van een cadavre exquis kreeg. Op de vraag of hij daar een meer specifieke mening over had, Entretiens et conférences (Ed. Josep K., 2003), is niet geantwoord.
Ik huil alleen maar af en toe, zou Perec geantwoord hebben.

maandag 18 februari 2013

twee meisjes

Ik ga nu even naar het wece, zegt ze, die vieze rookgeur van me afzetten. En dan bestel jij twee kaaskroketten?
- Ja.
Ze zitten vlak bij het niet zichtbare water. Boven het water is het diksap van een koude nacht. Ik sla Bernhard open, lees een stukje. In het souterrain aan het water zitten nog wat mensen.
En een Orval, zegt ze. Ze heeft in Twente gewoond, wat ik pas later te weten kom. Wat ik weet, terwijl ik in het boek van Bernhard de bladzijde zoek waar ik was aanbeland, is
- Ja, ok. Een Orval en twee kaaskroketten?
Ja.
is dat zij nu eerst. Ze neemt de trap naar het gelijkvloers. J'ai beau avoir détesté les jardins zoologiques, lees ik, et même toujours trouvé suspects les gens qui
En ik heb een naam opgeschreven, maar die ben ik weer kwijtgeraakt, zegt ze, later. Over het onzichtbare water drijven de dampen van wat in het souterrain gebeurt. Het meisje dat de tafels doet stapt met twee dampende schotels naar een van de belendende tafels. Aan die tafel een Hollands koppel. De dame zit in een sjaal. Later besef ik dat Perec alomtegenwoordig is, hij zit mee aan, ook al is hij in dat geval hoogstens een van de schaduwen en met elke schaduw de vraag of hij in dat geval alleen die schaduw is.
Ze had een spijkerbroek aan, zegt ze. Het woord spijkerbroek. En aan een jongen vroeg ze 'bent u een engel?'
Zo'n wereldvreemde dag, zegt ze. Wat ik soms wel hebben kan, voegt ze toe. Of. En toen werd ik natuurlijk afgewezen, zegt ze. Het meta-niveau, de inhoudelijke gesprekken.
In het boek van Bernhard ben ik amper opgeschoten, quand tout à coup, les singes se sont mis de leur côté. De kaaskroketten.
Nah, (ik noteer), met die stage, ook daar werd ik afgewezen, zegt ze. Maar toen wist ik niet wat ik deed (ik noteer) dus dat was terecht: dat niet het hele probleem met die interculturalisatiedingen te maken had.
Ze tikt een van de kaaskroketten aan. Vingertoppen scharrelen tussen de goudgeel gebakken friet. 'Er zit nu een psychiater bij ons,' zegt ze. Mes en vork halen een hoek van een van de kaaskroketten. 'Hij is zeker niet in en in slecht,
Ze prikt haar vork in het schijfje tomaat, halveert het.
maar ook niet wat we nodig hebben op die positie.' Hierover zit ze na te denken. De vingertoppen tillen een friet boven het eetbord, halen het goudgeel gebakken aardappelstokje door een klonter mayonaise. De rechterhand, heel even werkloos, plaatst zich tegen de onderkant van het kleine tafelblad, een modulatie, het akkoord in mineur.
'In het bedrijfsleven bijvoorbeeld,' vervolgt ze, terwijl ze heel even bijna doet alsof ze niet naar schrijver dezes omkijkt, 'worden heel wat mensen de hele tijd geconfronteerd met hun zwakste kanten.' Wat de tafelgenote antwoordt, een jonge vrouw met een in melodieuze tonen gesmoorde stem, maakt een zachte, diepe plof in het gesprek.
'En met die welzijnswerkers uit de jaren zeventig,' zegt de ander, 'die allemaal...' Duim, wijs- en middenvinger, drie vingertoppen en de hand, haar linkerhand, die van pols tot vingertoppen neerwaarts gebogen tussen de aardappelstokjes scharrelt, er eentje uitpikt. En dan, na een pauze: 'Ik denk niet...,
Ik denk niet dat het bedrijfsleven per se een voorbeeld is.' Friet scheppen. Van het bier van de tafelgenote nippen. Eén friet uit het voorraadje wegplukken, het aardappelstokje in de mayonaise drukken, ritmische herhaling, elegant. En wat de ander zegt. Als een marmeren beeld echt spreken kon, dan, zo, zonder stemverheffing, een reflectie op de halfronde onderkant van een voorwerp. Het laatste kwartje van de kaaskroket aan een vork prikken, bijeenvegen wat van het slaatje bleef. Quant tout à coup,
lees ik, bladzijde 587, quant tout à coup, les singes se sont mis de leur côté à ramasser des restes de nourriture trainant sur le sol et à nous les tendre à travers la grille. Le professeur de théologie et moi-même avons été si épouvantés par le brusque changement d'attitude des singes,

vrijdag 8 februari 2013

1683

In Oxford opent het Ashmolean Museum.
New York, een Britse kroonkolonie, wordt in 12 counties onderverdeeld.
Op Mauritius wordt voor het laatst een dodo gezien.

In 1683 gebeuren nog wat dingen, belangrijke dingen, minder belangrijke. Een troepenmacht van 140.000 Turken belegert Wenen, tijdens een storm op de Noordzee komen 1.200 zeelieden om, het Franse koninkrijk belegert Diksmuide, op 25 september ziet Rameau het levenslicht en Brandenburg heeft z'n eerste kolonie, in de Golf van Guinea.

Duizendzeshonderddrieëntachtig keer hetzelfde doen. In het Ashmolean Museum staat Hitchcock voor de schedel van een papegaai.
Ze schransen. Het vet van de laatste dodo druipt over de kin van Jan Oolietz.

maandag 4 februari 2013

scheerzeep

Wat ik vandaag deed. Weet ik veel wat ik vandaag deed. Ik kroop tussen bierbakken, kotste op rhododendronblaadjes.
In het midden van een waskom toverde scheerzeep onduidelijke portretten. Marx, Tsjechov, Themerson en Broadbent marcheerden over het met zeep bevloeide water.
Ik stak het scheermes in het sop, dwars door het schuim van bovenvermelde persoonlijkheden, bestudeerde het water in de waskom. Zou Broadbent m'n aanslag op z'n profiel overleven, vroeg ik me af.
Het tijdstip van een seconde. En toch weer hetzelfde. Marx, Tsjechov, Themerson, Broadbent.

eenvoud

Ze zijn jaloers, de theoretici, jaloers omdat ze zelf niet over de inhoud beschikken om in hurkzit en zonder theoretisch franje een kunstwerk te maken.
Om een gedicht te schrijven, om iets te maken, om dat te kunnen, is hurkzit de meest aangewezen houding. Roubaud doet het stappend, wat hem siert, hij is niet te beroerd om het zonder papier te kunnen. In A quoi servent les théories heeft Robbe-Grillet het over het door Borges ontwikkelde beeld, dat van een theorie die woord voor woord het oorspronkelijke werk kopieert, er niets aan toevoegt, wat niet zou kunnen, en zo une oeuvre totalement différente biedt. Cependant, (Alain Robbe-Grillet, Pour un nouveau roman, page 11), il est une chose entre toutes que les critiques supportent mal, c'est que les artistes s'expliquent.

maandag 4 februari

Van Osip Mandelstam Neem mijn woorden in acht. Het boek, rode kaft, ligt bovenaan de stapel. Kuma tippelt over het tafelblad en zit dan opeens met knikkerbolle blik door het raam te kijken. Aan de straatzijde van het woonvertrek probeert iemand een glimp op te vangen van de bezoekersaantallen. 'Wat Raveel', zegt de gastheer, die tussen een stapel ochtendgymnastiek, schetsboekjes en edities als De oude wegen van Robert Macfarlane op de vlak bij het raam geschoven sofa plaatsnam, '... wat Raveel deed: hij heeft Vlaanderen nog lelijker gemaakt dan het al was.' En na een zijdelingse blik, terwijl Kuma zich grijs denkt over het mysterie van de vis: zou je dat wel opschrijven? Onder Mandelstam een turf met teksten van Agota Kristof, daaronder Mr. Gwyn, de voorlopig meest recente roman van Alessandro Baricco, 'Terwijl hij door Regent's Park wandelde - over een laan die hij altijd koos, uit de vele - kreeg Jasper Gwyn ineens het duidelijke besef dat wat hij elke dag deed,' het is de eerste zin: 'dat wat hij elke dag deed om de kost te verdienen niet langer bij hem paste,' En? Daaronder. Daaronder Gestameld liedboek van - in een kier van de ruit is de guitige kantelbeweging van. Van een brunette. Later verneem ik dat ze een eind verderop woont en dat hij elke ochtend aan het huisje passeert want de krantenboer is die kant op. Onder Gestapeld liedboek van Erwin Mortier een pulpturf, De Watermethode Man, John Irving - gaat ie niet uitlezen, verneem ik, veel te glad - en daaronder.
Het gesprek kwam op Raoul De Keyser. Enkele dagen geleden zaten hij en Piet op de sofa, tussen het krantenpapier en de boekenstapels, en ook toen hadden ze het erover: 'Er is een ongelooflijke meerwaarde aan kunstwerken die niet afgewerkt zijn.' Cézanne, zou Picasso gezegd hebben, geef Cézanne een doek, één penseel, één kleur en waar hij het doek ook aanraakt, ook al raakt hij het aan hooguit met één enkele stip, altijd zal je een perfecte compositie hebben. Later hebben we het over Soutine. Nog later zit ik in De Lieve met Dirk Tanghe aan tafel. Dirk en iemand die Cloclo heet hebben elk een tomaatgarnaal besteld, schrijver dezes verkiest het lamsvlees. Goed gebakken. Zijn 't geen crevettes van Oostende, dan zijn 't geen crevettes, grapt de theatermaker. Wel, je moet weten, zeg ik, ze vangen ze in de Noordzee, ze rijden er mee naar Cordoba of Huelva, daar worden ze gepeld, dan rijden ze met een rotvaart over Parijs en Brussel naar Krakau, daar worden ze gewogen, als dat gebeurd is denderen ze - soms met hun tenen om het stuurwiel geklemd, een andere keer en sordino en met toepasselijke lijfgeur, een geur van rotte sardienen, sonnetten van Shakespeare analyserend - naar, naar Groningen denderen ze. Daar persen ze de garnaal in een luchtledige verpakking waarmee ze over Eindhoven en Antwerpen naar Brussel rijden want alleen in Brussel weten ze wat het kost. En weer wat dagen later zit je ondersteboven op de plee want zo hoort het naar het schijnt.


Op tafel liggen nog twee boeken, Misdaad en Straf - naast de bokaal, 1 grote, vaak kunstig versierde drinkbeker op een voet, met of zonder deksel 2 glazen kom of fles met wijde mond om vloeistoffen in te bewaren of te bereiden, of liever, (3) tussen de lege visbokaal - en het niet opgeloste mysterie van de vis - en bovenvermelde boekenstapel, en wat verderop - naast weer andere stapels van dingen (linzen, rijst, griesmeel), Paroles van Jacques Prévert wat begint met TENTATIVE DE DESCRIPTION D'UN DINER DE TÊTES A PARIS-FRANCE, page 11: et toutes ces histories d'autrefois, toutes ces statistiques les emplissant d'une profonde tristesse, elles commencent par lâcher une patte du plafond, puis l'autre, et tombent comme des mouches, dans les assiettes... sur les plastrons, mortes comme le dit la chanson.

zaterdag 2 februari 2013

Syrië

Ben het eens (volmondig, volledig) met Iba Abdo in DM blz. 18, OPINIE: WIE ZWIJGT OVER SYRIË STEMT TOE. Door niets te doen heeft het Westen de ruimte gegeven aan Islamieten om in Syrië de verdedigingszaak op zich te nemen. Iran, Rusland: misdadigers. In Iran verhingen ze twee dieven. Executies zijn er dagelijkse kost. Het antwoord op de vraag wie wel geëxecuteerd hoort te worden, in Iran, in China, in Syrië - of de vraag wie dan wel geëxecuteerd hoort te worden... Misschien is net die vraag een stuk interessanter. Als iemand die om wat voor reden ook iemand doodt als crimineel bestempeld wordt, geldt dan niet hetzelfde voor regimes die om wat voor reden ook hetzelfde doen? Of, anders geformuleerd, is een regime alleen maar het mechanisme dat het is. Als het alleen dat mechanisme is: wie bevloeit het. Wordt het bevloeid door spoken van de menselijke geest, net zo spookachtig als de vele radertjes van een machine die je alleen zou weten te bedwingen door het snoer uit het stopcontact te trekken (of moeten we het in dit geval over een stopcontract hebben: de contractuele bepaling dat één iemand, of een organisatie, de taak heeft om de machine af te sluiten van het netwerk die het bevoorraadt), of - en wat dan. Waarom wél in Mali ingrijpen, niet in Syrië? Omdat Rusland, Iran en China geen belangen in Mali hebben... - of is dat te simpel? Welke belangen motiveren de beslissing van het mechanisme om in Libië en Mali wel in te grijpen en Syrië als een bloedende kotsbal aan zichzelf over te laten. Gemotiveerd door belangen, dat is wat Iba Abdo schrijft. Niet alleen het geweld van het Assad-regime tegen zijn bevolking is een misdaad tegen de mensheid, maar ook de passieve reactie van het Westen ( ) kan als zo'n misdaad gezien worden. Niet alleen Assad dus, ook de regeringsleiders van Rusland en Iran staan voor het vuurpeloton. De aanklacht is eenduidig. West en Oost zijn schuldig aan een misdaad van onbevroede omvang.