woensdag 27 november 2013

zondag 24 november

Er is altijd wel iemand die weinig te doen heeft en droef naar het plafond zit te kijken. Dat is vandaag niet anders. In de gelagzaal is het gekwetter van een volière (die vergelijking is vaker gebruikt en is ook dit keer zeer toepasselijk), diensters reppen zich tussen de tafels door. Geen vrienden, geen gezelschap, verdwaasd zit hij voor zich uit te staren, gepaneerd met de goede bedoeling van een hondse, desolate blik op wat zich in de volière afspeelt. Toen bleek ik dat tot die categorie hoorde, begon ik me op het bijhouden van notities toe te leggen. Ik maakte geen deel uit van het vrolijke gekwebbel, schoof mee in de marge van het spektakel, als al naar me omgekeken werd was het hoogstens omdat ik notities bijhield zonder aan het geroezemoes deel te nemen. Dat ik op die manier toch aan het geroezemoes deelnam, staat in de bijsluiter.
Aan een staaf hangen rijen worst te drogen. Achter een flopbaan, bedenk ik, hoef je niet altijd grote drijfveren te zoeken. Metonymie: om vervolgens als een hond van de vloer te eten. Betaalt het maatpak het hondeneten?

Geen opmerkingen: