zondag 29 december 2013

Biarritz

In 1999 was ik voor het eerst in Biarritz, nadat twee meisjes die me als stowaway achter in de auto hadden, dertien jaar eerder aan het stadje voorbij gereden waren.
Le rayon vert van Erich Rohmer is in Biarritz gefilmd. In 1987 als ik het goed heb. Ik zag de film in een filmzaaltje in Màlaga, dat ene zaaltje waar ze af en toe ook wat anders hadden dan de gebruikelijke rommel.
In 1999 was ik niet alleen voor het eerst in Biarritz, in een tijdsverloop van niet eens een kwartaal was ik er drie keer. Ik wandelde over de promenade, zat op een van de terrasjes, ging een kijkje nemen aan de kade, reed door de binnenstad, vond een kampeerplek in het hoog boven de baai gelegen stadsgedeelte, pal aan de falaise was een door stekelig struikgewas ingesloten veldje, in de diepte de hotels en statige gebouwen die aan de promenade staan, een zwembad en een tennis court en de baai die meer naar het zuiden de Bahia de San Sebastian genoemd wordt. Drie weken later was ik er opnieuw en drie maanden later nog eens. Vandaag verblijf ik op het tweede van een hotel aan de oostelijke rand van het stadje, kamer 209. Het is een nieuwbouw, vlak bij de péage, waar patrouilles stonden. Om een of andere reden lieten ze mij doorrijden. Het hotel zit stampvol. Een stortbui gaat over het areaal, midden het grasperk staat een palmboom, auto's nemen het rondpunt.

De eerste en enige koffie is die van Ouerville-Est, een stopplaats in Picardië. Zure koffie. De croissant is sponzig. Later een pizza die in twee delen uiteenvalt, de koek en wat ze er om een of andere reden op aangebracht hadden.
Dan het traject. De eerste grensovergang, de eerste glooiing, les terrils de Douai, dikke wolkdampen op blauw tafellinnen, vrachtwagens die vrachtwagens of onderdelen van vrachtwagens vervoeren, een bus van Huurman Tours uit Den Haag, ergens ter linkerzijde het gele oker, vers uit de tube, van zonlicht op een stoppelveld. Over Parijs ligt een grijs donsdeken. Spreeuwen inspecteren een parkeerterrein. Wat later, net na middag, rij ik onder een bord door waarop BORDEAUX NANTES LYON staat. Hier, in de snelwegbermen van de westelijke banlieues, groeien favelas. De uit schroot en hout vervaardigde hutjes, elk niet groter dan een varkenshok, de meeste hebben de veer van een rookpluim op het platte dak, staan over een afstand van honderd tweehonderd meter tegen de berm aangedrukt, een rauwe koek van speelgoedhuisjes.

Verkeersborden die voor het landschap bedoeld zijn. Ze staan aan de rand van de pechstrook, zijn alleen te ontcijferen voor wie zich in het landschap bevindt. (er met iets bezig is)

Halfzes. Valavond. Ik bevind me ter hoogte van Poitiers. Melkwitte hemel, een puzzel van asgrijze wolken. Lineaire wolken. Er is er eentje in de vorm van een hart waar ook nog, alsof het inderdaad zo bedoeld is, een wolkje verticaal tegen aanleunt: I LOVE... Een andere wolk, donkerder dan de omringende wolkpartijen, toont de dwarsdoorsnede van de ruggengraat van een poon. Ook is er Arabisch handschrift en een vinloze, een enorme, een gigantische vinloze vis met wijd opengesperde bek, zo wijd opengesperd dat de bek gauw los komt te zitten.
Voorbij Niort begint het noodweer. Een Atlantische storing raast over het landschap. De weg van Bordeaux naar Biarritz is overigens niet wat er eind jaren negentig lag, toen een landelijke viervaksbaan met soms wat bomen en gras tussen beide rijrichtingen, kruispunten waar je voor scooters, fietsers, wandelaars en landbouwmachines uit te kijken had, het is een nieuwe weg zonder kruispunten en landbouwmachines.

Geen opmerkingen: