donderdag 23 april 2015

toine horvers

GOLVEN
Toine Horvers
5-stemmige uitvoering, 23 april 2015
tijdstip van aanvang: 19u


Wouter zit in de videoruimte.
Het handschrift van Kathrin.



 Boven en onder: het handschrift van Wouter.



Boven: de partituur van Johan, finale versie, bladzijde twee.
Onder: d
e partituur van Kathrin, finale versie.

Boven: Kathrin, die van allen het stilst spreekt.
Onder: one two three go.


Stilte. Het begint. De stem van Yves, die achterin de zaal zit, komt er het duidelijkst uit. Hij articuleert scherper dan de anderen, zo lijkt het. Johan bijvoorbeeld is pas te horen als je voorbij de hoek stapt en de zaal betreedt. De plek bepaalt welke stem het hoorbaarst is. Wouter zit in de videoruimte en zijn stemvolume dringt pas tot me door als ik de videoruimte betreed. Hier is ook de stem van Johan duidelijk hoorbaar, die als enige frontaal tegenover de doorgang naar de videoruimte zit. /hiaat/
Hij schrijft wijdlopig. Wouter daarentegen kriebelt de syllabisch uitgesproken zinnen over elkaar heen waardoor ze in harige woordbrokken veranderen. Er is een stilte van circa zeven seconden.
Waar Yves zit, in het tweede deel van de zaal, is ook de stem van Jet hoorbaar. Kathrin evenwel, die vlak bij zit nochtans, om de hoek weliswaar, is minder hoorbaar, is niet hoorbaar bijna, zo stil spreekt ze. /hiaat/ Toine neemt over van Jet, die nu heel even de tijd heeft om door de zaal te stappen en naar de vocalisering van de anderen te luisteren.
De stemmen, zoals reeds gezegd, hebben elk een plek. Yves hoest. /hiaat/ '...hoewel het hele oppervlak deint en dreigt...' De net als alle andere zinnen simultaan uitgesproken zin heeft nu het stemtimbre van Toine, voor wie op een van de stoelen voorin de zaal plaatsnam, waar onder andere Heleen zit, Heleen van Haegenborgh, die eerst op een van beide stoelen vlak bij de videoruimte zat, plek waar de stemmen van Wouter en Johan het duidelijkst zijn. Cristina Amelia stapt syllabisch door de zaal. Ze stapt op het ritme van de stemmen.
Een Amerikaanse bezoeker betreedt de zaal. It's nice to dance on it, Cristina Amelia whispers, it's really nice.
Jet neemt weer over van Toine. /hiaat/
Yves schrijft in golven over de reeds genoteerde zinnen. Als ik rustig zijn kant opstap, kijkt hij heel even op uit de tekst.
De schriftuur van Kathrin heeft minder golfslag. Ook zij, aangezien zij net als Yves over de achterzijde van hoogstens één placemat beschikt, schrijft over het reeds geschrevene heen. Johan schrijft op en neer vlokkend, een licht en wulps handschrift in dansende, over elkaar heen golvende zinnen. Cristina Amelia stapt op de golfslag van de stemmen. /hiaat/
Toine verplaatst de opname-apparatuur, die in de eerste zaalhelft komt te staan. De performers bereiken het laatste woord onderaan de tweede bladzijde. Meteen hierna is er het geluid van het simultaan omslaan van vier bladzijden. Het geluid van de vijfde bladzijde, die van Wouter die zich in de videoruimte bevindt, is niet te horen. Waar ik voorlopig zit, voorin de zaal, op de stoel waar Heleen een hele tijd zat, zijn de stemmen van Jet en Johan het duidelijkst en die van op het dak spelende kinderen.
/hiaat/
Het woord gol-fjes-struc-tuur gaat wijdlopig door de zaal en heeft heel even een boventoon van kinderstemmen. /hiaat/
Cristina Amelia gaat weer met haar fototoestel aan de slag wat een luid en helder geluid toevoegt aan het op en neer golven van de stemmen. /hiaat/
Jet begon luider te praten. Ook Johan en Yves, meen ik, zitten in een luider register. Kathrin niet, zij spreekt net zo stil als eerst.
Lange stilte. Opeens toch weer vijfkelig stemgeluid: 'De golven hebben weinig regelmaat.' /hiaat/
Toine nam over van Johan, nu van Kathrin. Johan begint pirouetterend te schrijven met ogenschijnlijk lukrake uithalen, de schrijvende hand maakt hinkstapsprongen over het papier, waaruit ik afleid dat ook het heen en weer klotsende neerpennen van de zinnen of zinsdelen deel gaat uitmaken van de muziek.
Bij Wouter zijn het harige vormpjes, woordrupsen die zich dik vreten aan de zangerige syllaben. Geen zinnen, zoals bij Yves, Kathrin, Jet en Johan, maar syllabisch gewriemel tot het tot een balpenvlek komt. Al die balpenvlekken hebben een identiek karakter, ze zijn in regel kort, harig en opwaarts gericht. De kerkklokken geven aan dat het tijdstip van acht uur bereikt werd en dat de performance op z'n laatste tenen loopt. Afgelopen is het niet: 'in die uitgerekte klap', het handklappende slaan van de klok van de Machariuskerk, 'klinken soms weer' de kinderstemmen op het dak.
'Totale rust nu. Spannend. Dreigend.' En dan, opeens en met elke seconde die wegtikt duidelijker hoorbaar: het eindsignaal. Stilte. Op straat is het geluid van een motor.
Actually, this, Cristina Amelia says, wanneer ik in de hall om een of andere reden over een laptop gebogen sta, remembers me of Robert Ashley.
But in a different tone,
she adds.

Geen opmerkingen: