Regen.
Haarspeldbochtjes. De route naar Gondar. Eén letter verschil maar, herinner ik me opeens, met een plek uit Tolkien.
De afgesproken plek is de plek waar ik met een makelaar afgesproken heb, Varanda da Serra. Typique Portugais. Portuguese Typical.
Vlees of vis, wat anders hebben ze niet. Het keukenhulpje spreekt een mondje Frans. Kabeljauw op smaak gebracht met een emmer zout, patat, water. Het asfalt, een tweevaks, natte bochten, wolkflarden tot een meter of vier boven het wegdek.
Een vliegje op de boogvormige bovenzijde van een stoelleuning.
Platanus acerifolia. Twee stuks. De esdoornbladachtige. Weg stijgend, weg dalend. De platanen flankeren de oprit van het restaurant. Jonge aanplant, dunne stammen.
Een dame die geen Frans spreekt serveert de zoute vis, een moot van 1 dcm dwarsdoorsnede, 30cm lang, het witte vlees, de graten, ook de graten, alles goud gebakken, een brede dwarsdoorsnede van het reusachtige vissenlijf.
Rotsbulten met sparren, met struikjes en varens, met dennen, met wolkaccolades, nevelige, half transparante dampen die vlak boven het landschap hangen. Takachtigen, de onbenoembaren, het uitgebloeide, de zich aan de rotswand vastgehecht hebbenden, bremachtig, kortgemorst, van stoeprand bevrijd, klimmend, tijmachtig, hangend, kronkelig, kruipend, rechtopstaand, liggend.
De bodemgeur van een natte rotsbult.
maandag 27 september 2021
maandag
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten