Het mooie aan Verdegem is, hij heeft maar 70 bladzijden gelezen, en nu het zijn verjaardag is, is hij ook dat vergeten.
Niet alleen in Ulysses hoor, niet alleen in Ulysses. Mensen denken wel eens dat Verdegem alleen van Ulysses maar 70 bladzijden gelezen heeft, maar dat deed hij ook met Dostojevski. Van De idioot bijvoorbeeld, dat is bekend, zou hij niet eens 70 bladzijden gelezen hebben en na de eerste bladzijden van Kaas, naar verluidt omdat hij zich wat duizelig voelde, hield hij zich in de keuken met het strijken van een zakdoek bezig.
En toch is hij een hele mijnheer, geen parvenu die zich in een clubje van hooggeschoolden probeert in te werken. In de brocante gaat hij op vrijdagen een koffie en dan twee likeurtjes drinken. Is hij er niet en vragen ze waar Verdegem uithangt, de heren van de museale sociëteit, dan is hij even een ommetje gaan maken, op vijf minuten na hebben ze Verdegem gemist, of iemand merkt het boek op waarin hij had zitten lezen, iets van Dostojevski inderdaad, want dat herinneren zij zich nu opeens, dat hij zich eind vorig jaar aan De Gebroeders Karamazov had gewaagd.
Van de anderen die ook op vrijdag in de brocante aan tafel zitten en er net als Verdegem koffie en twee, soms drie likeurtjes drinken, is er behalve Monsieur Plon - die alles las waarvan in het algemeen aangenomen wordt dat je 't gelezen moet hebben om met aanspraak op enig niveau over de dingen te praten waarover de heren het graag en altijd of toch meestal hebben - niemand die Karamazov las, maar dat durven ze niet zeggen.
Ulysses een halve bladzijde. Dat zie ik Verdegem niet doen. Natuurlijk is er altijd wel iemand die het toch maar een flutboek vindt. En hij, Verdegem, hij protesteert niet. Zijn onwetendheid is gulzig, blakend van zelfvertrouwen bestelt hij nog een glaasje, haalt zich niets gekker in het hoofd dan er nog eentje te bestellen, zich goed bewust van de strakke boord en de knopen aan zijn jas. Zijn hemden strijkt hij zelf, en nu strijken zijn handen over het tafelblad waarop hij een ogenblik eerder achteloos het in een kartonnen doos met alles aan 1 euro aangetroffen exemplaar van Het leven van de heer Molière deponeerde. Praten doet hij niet. Er wordt hem wel eens het sérieux aangewreven van al te grote onwetendheid, maar hij is vriendelijk, ook vandaag, zit niet als Monsieur Plon verveeld voor zich uit te kijken alsof het in Keulen of waar ook dondert.
Geen woord over Karamazov. 70 bladzijden en toch geen woord of het valse begin van de opwelling, nu de anderen kennelijk heel even niet weten waarover ze het hadden kunnen hebben, om er iets fijngevoeligs over op te merken.
dinsdag 7 november 2017
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten