Speretti, Samain, Scarabello. Zo staan ze op de foto, in die volgorde. Louis die zo goed als de hele tijd door met z'n iPhone bezig is, Alessandro met een werk van Ameladiotis boven de schedel en Davide die nadat ik stiekem een foto van het drietal genomen heb over Girolamo Parmigiano begint. Wat later vraagt hij wat ik van hun presentatie vind, de derde presentatie in Offside modus. We drinken een biertje, poes dartelt over het woonerf, als lemmingen hebben de agglomeratoren zich op de binnenstad gestort,
zodat het woonerf een merkwaardig rustige aanlik biedt, zonder de b van buitenissig, terwijl niettemin enkele exponenten van het in van alles & nog wat geïnteresseerde publiek mee aanschuiven, over de zich verdekt opgesteld hebbende voetpadrichel struikelen, zich van huisnummer vergissen en aan die ene Turk, die met bergwaarts schrijdende trots niets vermoedend naar de als een ijsblokje glimmende BMW van een andere Turk staart, vragen waar het kunstencentrum is,
wat de van oorsprong Ottomaanse stalknecht niet weet. Het niets en niemendal van een prachtige dag staat boven de daken. Knapen rennen halfnaakt over het voetpad, een hond snuffelt aan de aarsknuffel, ik heb een afspraak zegt Linda, tussen jonge kogelgaten flirt ze over het voetpad. Als het werk in het Metropolitan aan de muur hing, in een van die zalen waar ik overigens zelden kom, zeg ik, had ik er niet naar omgekeken. Van foto afgeleide verf interesseert me niet. Dat zegt niets over het werk. Richter is een mijlpaal maar de afstand is bekend en net aan de mijlpalen loop je makkelijk voorbij. Schilderkunst is huid. Het is de nabijheid van het andere in een context die strikt genomen alleen het meest intieme moment toestaat. Met het schilderen naar foto betreden we een wereld waar de pornografie van het beeld domineert.
zondag 8 maart 2015
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten