zondag 16 januari 2011

zondag 16 januari

I have Adam Geczy on phone. I had been working on a painting for an hour or two and it wasn't any good and he sounded as if he phoned from Brisbane or somewhere over there. Wet socks in a phoneboot. I had been doing some reading too, page 580 van D. H. Lawrence's Complete Poems, een turf van 1079 bladzijden. Het eerste gedicht van dat volume, een sonnet, het staat op bladzijde 569, heeft A ROSE IS NOT A CABBAGE als titel en het eindigt als volgt:

Yet the cabbages of England leave me cold
no matter of what sort the cabbage be.

He didn't phone from Brisbane and the socks had dried a little. We spraken af om in Komkommertijd te dineren, one of my favourite restaurants, zei ik, waarop hij later terugkwam toen ik langs de neus weg vroeg of ze in Australië vegetarische restaurants hebben. Een domme vraag. In New South Wales hebben ze meer vegetarische restaurants dan waar ook ter wereld. En wat ik evenmin wist: in Australië is er een links bewind, waarop ik zedig de woorden sprak: een mens kan niet alles weten. In België beleeft de ruk naar rechts hoogdagen. Het rechtse legioen rukt zich een delirium. Dat dat rechtse scrotum zich tot het gezemel van de Vlaamse zaak beperkt en een minoriteit die klaarkomt op kort geschoren Hitlerpoesjes is geen nieuwigheid.

Adam loves Tasmania. He's been there many times. It's one of the most lovely places on the whole wild world. And the coast near Adelaide, the most southern part of the Australian abdomen, is beauty. Een week geleden was hij in Hongarije, in Györ, near the Austrian border. It has a river, a contemporary art museum and a couple of graveyards, like most cities do. Hij was er voor het museum waar hij binnen een maand of vier een performance gaat doen. Nadat hij eerst wat tijd in Singapore had doorgebracht en vandaar naar Wenen gevlogen was, ging het na Györ naar Budapest waar hij op zaterdag, een week geleden, uit het vliegtuig stapte en zondag, een dag later, opnieuw maar dit keer in Boekarest. So then I travelled to Brasov, herinnert hij zich. Vandaar ging het naar Bran en het kasteel van Dracula, in die regio een van de belangrijkste attracties waar dus ook begin januari best wat volk rondliep. Hij nam wat foto's, niet van het kasteel maar van de toeristen die er rondhangen, en was op maandag terug in Budapest. Daar verbleef hij een dag of vier. Op vrijdag vloog hij naar Munich, nadat het op de vlieghaven van Budapest helemaal in het honderd liep waardoor hij de aansluiting naar Brussel miste. Eergisteren was hij in Antwerpen en had hij een afspraak met de directeur van het Fashion Museum. Dat is in de Nationaalstraat, als ik het goed heb. Het gesprek komt op Kakania, nadat hij een tweede, later een derde keer bij de selfservice langsging en nog een biertje besteld had, en weer wat later nog een. Kakania is het thuisland van Der Mann Ohne Eigenschaften, het land van drek en stront. Historisch, in de roman van Musil, gaat het om Hongarije en Oostenrijk, dat moet begin 20ste eeuw een keizerrijk geweest zijn, als ik me niet vergis. Tegenwoordig omspant het Kakanische keizerrijk de hele aardbol en is zo ongeveer alles wat dat passivum produceert tot stront te herleiden. Cultuur is passé, je moet echt gek zijn om daar nog wat in te zien. Trouwens, er is ook helemaal geen cultuur meer, van die put is het deksel gelicht. Mediafascisme. Meer krijgen we niet, kots, kak, braaksel, een multiple choice die meer aan zichzelf dan aan verbeelding heeft. Van al het overige, hallucinant en onbeperkt, is niets bekend.
Eén absolute vrijheid hebben we natuurlijk nog wel: het juiste antwoord.

These people have one thing in common, Adam states, they have brains and they are criminally stupid.

It's better to belief in God, Pascale said, just in case he exists.

Look Aristotel on hope: 'Hope is a waking illusion.' Hope and belief: the same passive. And this glass is empty.

'To belief is like bedding on a horse,' Adam smiles, 'that even doesn't exist. Where is the horse?'

Geen opmerkingen: