Tot halfdrie niemand. Het gezoem van de blackstraler, het gezeem van de blote muren en Panamarenko die verduidelijkt dat hij niet met die klootzak te maken wil hebben. Na halfdrie is er opeens een vloed van bezoekers. We blijven tot het laatste streepje.
I don't know you zei ik, zegt de Chileen, but I love you. Ze lachen, hebben dolle pret.
Een jongedame uit Costa Rica wil weten hoe oud hij is. Vijfentwintig, zegt hij. Hij stapt om het barmeubel heen, waar Jenny bezig is. Vijfentwintig! He, komaan, dat zie je toch, schatert la costariquenza. Ze had me een lepel aangeboden, een soeplepel saus van de schotel met venusschelpen. Proef hier eens van, zei ze.
Het meisje dat naast haar zit, komt uit Portugal. En wat is ze verliefd. Dat staat als een kwatrijn op haar gezicht geschreven. Met wat voor versvoet weet ik niet.
Om weer een andere reden komt el Chileno nogmaals tussenbeide, waarbij ik onder andere verneem dat de Andes in Chili mooier is dan in pakweg Ecuador, een mededeling die voor de meisjes bedoeld is, verder dan die ene soeplepel kwam ik overigens niet, wat niet wegneemt dat ik de costariquenza onweerstaanbaar ben gaan vinden. Ze lachen, hebben dolle pret.
And she, zegt de Chileen, opeens met een highpitch Hollywood falset, wat ze zei: 'Really?'
zondag 23 oktober 2011
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten