zondag 28 september 2014

een reconstructie (vervolg)

Ik denk maar of ik besta weet ik niet. Elk moment is het gedroomde Ithaka en is het niet. Of ik ooit in de tuin zal staan van een in dromen waargenomen plek weet ik niet. Aan de rand van de weg is m'n bestaan tot een minimum herleid. Auto's razen langszij, regen keilt over het landschap. In Vesoul ben ik zonder het besef dat Brel over de plek gezongen heeft. Ik zit aan de wegrand, de iets te zware rugzak naast me, ik heb het schriftje uit de rugzak opgediept, regen zeikt over het asfalt, ik kruip in de schelp van een nare, ontoegankelijke melancholie, staar naar het nare asfalt, regen zeikt over het areaal. Wat ook al tegenviel is dat ze in het stadje geen bio hebben. Over het natte wegdek passeert een lijnbus. Ik kruip overeind, gord de rugzak om, stap naar de intersectie. Regen dweilt over het areaal. Voorbij de intersectie is een lamme weg, af en toe komt een auto langszij. Ik dweil in de regen, heb geen perspectief, elke auto gaat spoorloos naar de niet te benoemen verte. Ik besta niet en weet dat ik opnieuw besta zodra een van die auto's toch naar de rand van de weg komt en me uitnodigt om in infantiele verblinding over het asfalt te rennen.

Geen opmerkingen: