zondag 4 januari 2015

maaltijd

eenakter

personages

Dikke Jan, een smulpaap
Dunne Jan, de filosoof
Aloïse, een hofdame
Kurt, de opgeëtene
Blaise Pascal, het moment

Dikke Jan, Dunne Jan en Aloïse buigen over het blote karkas van Kurt, die aan een braadspit geregen zit. In het hofbeluik van de buren stoomt een vrolijk muziekje dat met regelmatige tussenpozen door noorderwind aan flarden gereten wordt.

DUNNE JAN

Loopt het een beetje, ik sterf van de honger. Werk de zeikerd af met limoen en peper, waar wacht je op godverdomme. Tot een of andere sukkel uit de coulissen tevoorschijn komt en niet eens weet wat hij gezegd had moeten hebben? In deze zaal heeft het gestormd tot de regen besloot om ook de dode ratten op te eten. De Russen hebben mij altijd bekoord. Hoe bestaat het om van Dostojevski te zeggen dat hij niet meer dan een hond is. Wie Tiblis over het hoofd zag heeft zich ver gewaagd in de oude duisternis.

DIKKE JAN

Lekker, lekker. Ik sterf van de honger. Louise waar is de peper.

ALOISE

Mag ik mee beslissen?

DUNNE JAN

Ja, als het bloed je lippen kleurt. Als karren over je nek rijden. Alleen ik heb gezien hoe karren over je nek reden. Over mijn nek reden. Over jouw nek. In Hoboken sleepten ze je lamme lijf over het wegdek naar een duistere plek. Is je nek gebroken? Kwam ik om in de vrieskou van je binnenzak?

DIKKE JAN

Waar is de peper.

ALOISE

(graait in een bakje) Kruidnagel... laurier... Kappertjes... kurkuma. Heb je wat aan laurier? Cayennepeper. Laurier is prima met stoofvlees. De kappertjes (schroeft het deksel van het blik met kappertjes) zijn niet 100% vers. Geen idee. Is dit bruikbaar, wat denk je?

DUNNE JAN
riekt aan het flesje met kappertjes en haalt z'n neus op

DIKKE JAN

(smikkelt) Fijn, fijn. Is de lus door het kontgat gehaald?

DUNNE JAN

Ja mijnheer.

DIKKE JAN

Goed zo. /er valt een stilte/

ALOISE

Gaat het niet meer? /fluistertoon/ Gaat het niet meer?

DUNNE JAN

Ik heb gewoon nog niet zoveel ervaring met het eten van...

DIKKE JAN

Dat komt wel.

DUNNE JAN

Als het eenmaal zover is. (geeft het karkas een rondje) Daar geniet ik van. Wat hij bedoelt, weet ik niet, maar dit, gewoon, de uitdaging, is wat ik wou doen. Het valt tegen natuurlijk als de training met slecht weer samenvalt. Stel je voor dat we de training om die reden uit te stellen hadden. Met het slechte weer wordt het niet beter.

KURT

He, jongens, zeg, hoor eens...

DUNNE JAN

Sorry. Sorry.

ALOISE

(kijkt om naar Dikke Jan) Hoe kregen ze dat voor elkaar.

DUNNE JAN

Gewoon stevig en goed rechtop op het zadel blijven zitten. Zelf heb ik het maar één keer gedaan. (kijkt op z'n polshorloge) Vier uur en twee minuten. En het blijft maar gieten.

KURT, de half opgeëtene

Sinds twintig jaar. Stront, stront.

DUNNE JAN

Ik heb slechter geweten.

DIKKE JAN

Gisteren zat het keilekker.

DUNNE JAN

Ik heb slechter geweten. /neemt een stuk van de bil, getik van messen, vorken/ Is dat een lekker gat zeg.

DIKKE JAN

Museaal.

DUNNE JAN

Ik heb juist gehoord dat... Godverdomme. Ik ben vergeten wat ik wou zeggen.

BLAISE PASCAL
Staat opeens in de kamer. Filosofische blik. Van tijd tot tijd wipt z'n rechtervoet nerveus op en neer. Haalt af en toe een zakdoek tevoorschijn die hij vervolgens weer wegstopt.

ALOISE

Ik vraag me af, als het nog twee jaar zo blijft regenen...

DIKKE JAN

Morgen is het er afgelopen mee. Zonnerood en maneschijn. In het metrum blijven, jongens, in het metrum blijven. Aloïse, sta daar niet te staan, draai het varken om, dan kunnen we aan z'n vette balg beginnen.

ALOISE

(tot de opgeëtene) Mijnheer, er is zonet gevraagd...

DIKKE JAN

(smikkelt) Is dat een lekker gat zeg. Is dat een lekker gat zeg.

DUNNE JAN

(smikkelt) Hebt ge hier al eens van geproefd.

DIKKE JAN

Hmmmm!

ALOISE

Ik heb zopas vernomen, mijnheer, dat mijnheer, euh, naar achter moet.

DIKKE & DUNNE JAN

Wàààt?

KURT

Kakken.

DIKKE & DUNNE JAN

Kakken!

ALOISE

En het is dringend.

KURT

Excuseert u me, ik moet kakken.

ALOISE

En het is dringend.

DIKKE JAN

Wacht met kakken tot ge opgegeten zijt. Wat zijn dat voor manieren. En ge moet niet denken, gij, dat ge nu nog gaat lopen. /luid gelach/
(smikkelt) Het zal een lang weekend worden.

KURT

Hu hu hu hu... Hu... Hu... (kakt)

ALOISE

Het is zo wreed om...

DUNNE JAN

(wendt zich tot Aloïse) Nee, dat is niet waar. Ik eet soms ook wel frieten.

DIKKE JAN
waggelt naar de opgeëtene en snijdt nog een stuk uit het achterwerk, bedenkt zich opeens, laat het mes vallen, waggelt, wankelt, valt, kruipt overeind, zet twee drie stappen en kotst

KURT
filmt het tafereel met een super 8

DUNNE JAN

Hai! hai! hai! (staat op van tafel, kruipt op handen en knieën naar de kots, Aloise stapt op hem toe, hij veert overeind, kust haar handen) Aloïse... Ik heb iets totaal over het hoofd gezien.

ALOISE lacht

DUNNE JAN

De plenaire zitting... En, hoe komt dat zo opeens... Midnight in Paris. Hadden we niet afgesproken...

ALOISE

Dat doen we morgen, lieverd.

BLAISE PASCAL
stapt tevoorschijn

(vertrouwelijk) Wat moet de internationale gemeenschap hiervan denken.

ALOISE

Bent u niet veel te laat. Wij zijn de verkozenen, heer.

ALLEN gelach

KURT

En het is echt wel lekker. Met een fake intellectueel heb je er bovendien de hele rotzooi bij te nemen. Nog een stukje?

DUNNE JAN

Nee, dank u, echt niet, ik heb genoeg.

Geen opmerkingen: