dinsdag 24 januari 2023

vandaag

Dat door een frictie in het beeldvlak van lijnbus 58 alleen de onderkant te zien is.
Dat er zonder het oppervlak geen reflectie is.
Een hond aan een veertigduizend kilometer lange leiband.
Twee fietsers maken een volmaakt parallel uitgevoerde dansbeweging.
Iemand een sigaret,
De hand van de man zonder emoties. Met sigaret.
iemand een vuurtje vragen.
Dezelfde hand waarmee hij een revolver vasthouden zou als hij een revolver had. De hand maakt een opwaartse beweging. Tafelblad, kin. Het is de hand met een sigaret tussen wijs- en middenvinger. De handeling heeft een andere bedoeling, oorzaak. Die op nog een beweging wacht.
Dat aan de discutabele oogopslag honderd nog meer discutabele opmerkingen voorafgingen.
In de kamer op het gelijkvloers van het hoekpand is helder licht.
Op een zitmeubel vlak bij een van de ruiten zit iemand in een boek te lezen. Oh . . .
Het geluid van een ijsje dat smelt.
Dat ze met zo'n oh naar de foto kijkt die haar door het andere meisje werd aangereikt. Een beeldvaatwasmachine.
Alleen een god die niet alleen nergens te bespeuren maar er ook werkelijk niet is, is geloofwaardig.
Dat het nemen van zijn foto een alomtegenwoordig vulgaire handeling werd.
Ze kijkt, ze leest, ze lacht, ze vingert, ze kijkt, leest, vingert, lacht, het blote bestaan van de smartphonegebruiker.
De donkere fietser. Om maar niet te zeggen een neger op een fiets.
Ik zit op een tropisch eiland de berichtjes te lezen van iedereen die niet op dat tropische eiland zit.
The Calypso Donut.
Gederobotiseerd zag ze er opeens veel minder aantrekkelijk uit.
You open a door. Enter the backyard. You get upstairs. Open the fridge. See what's inside. You take a box from one of the shelves. Next to a pair of slippers. The lid slips to the floor. Tourism.
To be or not to be is no longer of any value.
Dat mensen, hoor ik, toch niet gemaakt zijn om een gans leven op één plek te blijven zitten.
Ze werd pas belangrijk toen ze naar me keek.
Zit Anton buiten op het terras in een boek te lezen.
Aan de tafel naast die met de meisjes, waar ze foto's kijken, leggen ze een kaartje. Sex, het ontwortelde gegeven. Iemand die je met een voorhamer tot aan je lul de grond inklopt.
Duck was kwaad. Duck was kwaad, zo kwaad. Omdat ze op het eiland geen zwembad vonden. En in zee konden ze niet zwemmen omdat het daar te gevaarlijk was. En ze zaten bovendien niet eens op een eiland.
Van Vostok naar Starbuck duizend kilometer stappen.
Twee fietsen plakken aan het verkeersbord.
De kont van een paard, dat vond ze nu eens echt mooi, zei ze.
Het optillen van een stoel en dan dat lege gat onder het tafelblad. Het studeren op de voortplantingsprocedures van de kikvors is een obsessie geworden.
Met die wollen muts op kan je trouwens niet zien dat Anton met oortjes zit. Hij zit met z'n hoofd te schudden.
De mensen die je verfrommelde.
De personen die je in bijna exact twee gelijke helften scheurde.
De zielepoten die je in het licht van een late leeslamp boven het tafelblad hield, voor je met een draaibeweging van je pols over hun sap spuitende ingewanden rolde.
De vederlichte onverschilligheid van een eeuwigheid. Zonder ook maar iets aan te raken. Alles verpulverd.
Het is een traag proces, het proces van de seconde.

Geen opmerkingen: