woensdag 23 april 2008

woensdag 23 april

Soms kom je te weten waar de persoon die je aan het bellen bent zich op dat ogenblik bevindt: Johan Gelper bijvoorbeeld is in het Caermersklooster waar hij de presentatie van de Provinciale prijs aan het voorbereiden is (hij is een van de genomineerden) en Sjoerd zit aan het stuur van z'n auto (het is Gwen die de oproep beantwoordt). De eindredacteur van zijn kant staat op de tram te wachten.

In de witte ruimte is Marianne met wat lichaamsoefening bezig. Marieke zit op een stoel en kijkt toe. Brian en Noe hebben het miniatuurtheatertje op een sokkel geplaatst; vorig jaar - exact een jaar geleden - stond het in de corridor opgesteld.
Een ragfijn weefsel van flinterdunne regendruppels rilt over het woonerf. In de corridor is het deksel weer van de luchtpijp gewaaid. Aan de opstelling in de corridor is weinig tot niets veranderd. Later zal the janitor er zijn bezem aantreffen, het ding kwam tussen de rommel terecht. Niet alles is even duidelijk. Marieke is duidelijk: met onbevangen blik aanschouwt ze de taferelen. En Merkx is duidelijk: hij draagt een grijze stofjas. Maar het is halfzeven en Robbert en Frank zijn er nog niet. Aan Marianne overhandig ik een enveloppe. Er is het bizarre verhaal van de aankoop van een huis in de Ferrerlaan, een transactie die plaatsvond en niet plaatsvond. (de huiseigenaar zat op een bankje achterin de tuin, trok zenuwachtig aan een filtersigaret, in paar minuten tijd was het sympathieke gezicht in een sintelende en zo goed als gaar gebakken vleesklomp veranderd)
Heidi en Patricia betreden de hall. Het geluid van kerkklokken, voor de verandering niet die van de Machariuskerk. Frank en Robbert springen binnen.

repetitie

Een oefening (maandag tijdens het etentje hadden Noe en Brian het er over gehad): een doorloop van het hele stuk maar zonder de tekst. Marianne en de intussen vertrouwde reverences (waarmee de repetitie begint, de prelude met Robbert als wrattenzwijn hoeft niet); Merkx veegt de vloer en drentelt om het podium heen; Marieke zei dat ze pedagogie studeerde (in dat rode gebouw aan de watersportbaan); Brian neemt notities en Robbert zit onder het podium. Bizarre improvisatie. Interessant. Marianne die zonder woorden het marionettentheater presenteert en Robbert als wrattenzwijn maar dit keer zonder het kostuum dat bij die vertoning hoort. Dan het moment waarop Marianne in zwijm valt. Merkx laat het niet aan zijn hart komen, veegt, wat anders heeft hij dit keer niet te doen. Een klein en volstrekt onbelangrijk incident tijdens de acte de présence van Heidi en Patricia: Patricia zegt iets (wat ze zegt is niet meteen duidelijk) en excuseert zich omdat ze zich niet aan de richtlijn hield. Een ogenblik later zijn er andere gebeurtenissen, Marianne veert overeind en tippelt om het podium heen, het vrouwelijke koor staat in gelid, Merkx kijkt toe en klimt uiteindelijk met een air van ik doe dit alleen omdat ik het moet doen achter Marianne aan het podium op. (regie-aanwijzing: de man in de grijze stofjas is gemaakt uit het grijze stof van grijze bloemen) Hij bevestigt het spandoek aan de houten paal van de over het podium hangende lamp, doet alsof hij dat doet want het spandoek hangt er al. Robbert zit in de deuropening van de stockruimte, zo meteen komt hij rechtsop naar het podium toe terwijl hij het script van The Gentlemen's Gentlemen doorneemt. Frank springt van het podium, Robbert bestijgt het. De dames van het koortje namen een zittende houding aan. Over de muur ter rechterzijde strijkt de schaduw van de man in de grijze stofjas.
Er is Noe die van tijd tot tijd lacht. Dan het geren van Marianne en Robbert tot Robbert zich uit de voeten maakt en Marianne onder het podium verdwijnt. Brian verplaatst de stoel waarop hij zit en fluistert in het oor van Noe. Noe veert overeind, een ogenblik later dooft het podiumlicht. Robbert is intussen weer het wrattenzwijn en kruipt. Merkx ging er bij zitten, ziet werkloos toe, het vrouwenkoor is in slaap gevallen. Dat hoort zo, het is een regie-aanwijzing. Brian en Noe fluisteren. De actie verplaatst zich naar het podium; dan weer onder het podium. Marianne knuffelt Robbert.

Op de stoel ter rechterzijde ligt een groenblauwe sjaal. Later komt er ook een kabeltje terecht waarvan het uiteinde met een lange en trage curve tot vlak tegen de witte vloer hangt.
Op de stoel ter linkerzijde een nijptang en twee pakjes. Een andere stoel wordt in beslag genomen door een videocam. Op het podium wikkelt de acteur een gouden sjaal om de taille van de actrice.
Het gebarenspel volgt de logica van de tekst - en wat de acteurs te zeggen hebben - en lijkt overbodig nu het er zonder woorden aan toegaat.

Marianne en Robbert praten. Ze bevinden zich in het deel ter rechterzijde en nemen een fragment door. Noe en Frank plakken tegen de houten wand, pal in het midden van die houten wand. Brian en het vrouwenkoortje bevinden zich links achterin. Drie aparte taferelen die voor een interessante scenografie zorgen.

Nog zo'n tafereel: de man in de grijze stofjas articuleert de ruimte, in een ruitvormig parcours stapt hij vegend om het podium heen; Marianne en Robbert bevinden zich op het podium en zijn in gesprek met Noe die zich naast het podium bevindt; Brian en het vrouwenkoortje bevinden zich links achterin en zijn bezig met een toneelgordijn. Na verloop van tijd gaat de man in de grijze stofjas op een stoel zitten.

Geen opmerkingen: