In Multimediale hebben ze een informele jury. Eerst ga ik bij Filliaert langs. Ik laat een sleutel van de poort bijmaken en informeer hoeveel een elektronisch cijferslot kost. Sjoerd belt me op het ogenblik dat ik de lokalen van Multimediale betreed. Hij staat in de deuropening van het lokaal waar René zijn geactiveerde ruimte runt. Achterin het smalle lokaal is Marta, een Poolse, met de presentatie van een reeks houtskooltekeningen bezig. René zit aan een tafel. Hij en Sjoerd regelen nog wat dingen of doen alsof ze nog dingen te regelen hebben. Dat lijzige toontje van René, alsof hij net uit een centrifuge gehaald werd en nog natrilt van een genot dat met geen woorden te beschrijven valt. De 3de bachelor, waar het met deze informele jury om te doen is, is zo'n centrifuge. Tijdens de nabespreking is het René die opmerkt dat de groep op twee na allemaal meisjes is, dat ze dat in Multimediale eigenlijk nooit eerder meegemaakt hebben, dat ze geen bouwers hebben, bijvoorbeeld dat hij de hele tijd door naar het geluid van naaimachines zit te luisteren en dat ze oud-leerlingen horen in te schakelen als er een plankje genageld moet worden want in deze groep dus niemand die het kan. Iemand merkt op dat het ook voor het eerst is dat ze in Multimediale alleen mannelijke docenten hebben.
In de gang naar de lokalen van Beeldhouwkunst heeft een studente tekeningen uitgestald. Kleurrijke portretten, oliepastel, het ziet er ok uit. Emmanuel komt er bij staan. Het is werk waarbij ik me eerst en vooral afvraag wat er aan vooraf ging. De handen verraden invloed van Neo Rauch terwijl de portretten zelf een mengeling van andere referenties tonen en het procédé van iemand die schilderkunst in de vingers heeft. De houtskooltekeningen van Marta, confrontatie twee. Hier ontbreken de kringen. Als je een steen over de vlakke spiegel van een meertje werpt, ontstaan kringen. Door de snelheid waarmee het keitje geworpen werd... Maar hier stelt zich een eerste probleem: snelheid. Als je het keitje niet snel over het water werpt, valt het plompverloren in het ondiepe begin. De kunst is om het keitje snel over het oppervlak te werpen. Alleen dan tovert het de werken en het lichtzinnige aura van een plons die alleen door het scheren over die immense vlakte betekenis kreeg. Traagheid. Alleen door het keitje tot traagheid te dwingen - en het derhalve plat, hard en snel over het wateroppervlak te keilen - kom je tot een plons die verder reikt.
Niets is sneller dan wat zo traag is dat het geen snelheid heeft.
Tussen de gesprekken door is er best wat tijd om hier en daar een kijkje te nemen. Maud is een van de andere gasten. Ook Leentje en Tuur zijn van de partij. Na Marta loop ik even de gang op. Vlakbij de tuindeur is het kamertje van Karen. Ze zit grapjes te maken en breit een sjaal. In het tuintje staat een raar bouwsel.
De opstelling van Kathy - zoals altijd in een wonderlijk ensemble van zelfgemaakte spullen - is in de hoofdgang, vlakbij de muurtekening van Steven: een grote kartonnen doos op twee schragen. Het is in deze doos dat zij en Justine in het S.M.A.K. rondkropen. In de doos staat een laptop. Ze klikt het filmpje aan waarmee ze de tweede prijs van het Kunstsalon won. De acteurs zijn Jasper, Hans en Robbert. Na Kathy ga ik bij Johanna en Marijke langs en bij Hans die van plan zou zijn om in Indië sitar te studeren. Tijdens de middagpauze is er een recital in de concertzaal. Tijdens het concert beland ik in een impasse. Het syndroom van Cantatrix Sopranica L.: hogenootstrelende keeltjes, pianospel dat van consonantie naar consonantie kabbelt en, wat het allemaal nog erger maakt, dat honderdogige gestaar en die overbodige gebarentaal aangedikt door het als noodzakelijk aangevoelde applaus, enkelvoudig of in honderdvoud, het maakt amper enig verschil. Net op het ogenblik dat ik besef MILLEDJU MIJN GSM STAAT NOG AAN springt Jimmy overeind, ook geen liefhebber van het genre blijkbaar. Zonder misbaar maar toch best op luidruchtige wijze verlaat hij de concertzaal.
Ik maak gebruik van de plotse wending en snel achter Jimmy aan. Oef. In de zithoek tref ik Marta en Kathy aan en ook Zina, de hond van Marta. Vluchtig neem ik de programmabrochure door. Het recital is bij Bernstein aanbeland.
Na het lunchconcert is er eerst het werk van Veerle, dan Hiranya, Marta toont een filmpje met wriemelende insekten en als afsluiter is er het rondetafelgesprek.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten