zondag 19 juni 2011

weefsel

Tijdens een lezing gaat Sjoerd van Leeuwen uitgebreid in op de heroïsche lotgevallen van Daniël Kinet, de eerste vliegenier die boven Belgisch grondgebied om het leven kwam. Het doet me aan Blake denken, een van de personages uit het werk van Edgar P. Jacobs, zoals hij daar zit met z'n rug naar het publiek aan een tafel die tegen een muur geschoven staat. Van de voorwerpen op tafel herinner ik me eerst en vooral de schrijfmachine. De keurig behaarde bovenlip en de gulzige zorgvuldigheid waarmee van Leeuwen aan het pijpje lurkt, de débardeur en het keurig gestreken hemd, en misschien ook de tijd die hij neemt om tussen de strakke volzinnen door onverwacht lange pauzes te nemen, dat alles versterkt het beeld dat ik, zonder dat dat overigens de bedoeling was, in een van de vele delen van de autobiografie van Blake terecht gekomen ben terwijl ik van alle aanwezigen ongetwijfeld de enige ben die het zorgvuldig en uitvoerig aangebrachte thema als zodanig interpreteer, een autobiografische notitie. De contouren van Daniël Kinet en de contour van van Leeuwen gaan vloeien, er komt een nieuwe vorm die uit het grillige in elkaar vloeien van twee verzamelingen voortkomt en tijdens de lezing, wat ik na elk zwijgen sterker aanvoel, is het uiteindelijk Blake zelf die het woord gaat nemen, waardoor het autobiografischer wordt dan het bedoeld is.

De autobiografie van een voorwerp. In de niet zichtbare batterij van het voorwerp zit een lading betekenissen die vaak zo explosief is dat het voorwerp op elk moment in elk ander voorwerp veranderen kan. Eén aanraking volstaat om van het voorwerp een ander voorwerp te maken.

Geen opmerkingen: