woensdag 6 november 2013
dinsdag 5 november
Regen roffelt over het dak. Ik overweeg wat in 1836 plaatsgevonden had kunnen hebben. In Pis-Ter-Plekke gleed voor het eerst iemand uit over een bananenschil. Zigo Zstrond, die alleen voor zichzelf die naam had, leert paardrijden. Hij is verliefd op een meisje, de oudste dochter van de mensen die in het paleis om de hoek wonen. In het salon is een grammofoonspeler. Hij en het meisje luisteren naar een symfonie van Mozart. Met alles wat plaatsvinden moest, was een van de variaties het betere idee. Hutsepot roffelt over het dak, een buitje dat na verloop van tijd steeds maar heviger wordt. Trommelstokken. Eén stoel, vijfhonderdduizend tafels, zo klinkt het, Musil zit mee aan, een Atlantische storing valt over het stadje, bassocontinuoturbine. Wind zuigt aan het dak. En dan is het over, opeens. Het stopt. Ergens, op een niet te definiëren plek, is gedruppel. De blackstraler maakt een tikkend geluid.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten