(1)
'Net zoals er reële menselijke talen bestaan (het Frans, het Chinook, het Boeroesjaski, enzovoort, om slechts de bekendste te noemen) en fictieve menselijke talen (waarvan de beroemdste het Formosaans van Psalmanasar is), zo bestaan er reële dierentalen (de taal van de raven bijvoorbeeld) en fictieve dierentalen (waaronder de taal der Houyhnhnm bij Swift en die van de zeeleeuwen bij Edouard Chanal).' Raymond Queneau, Over enkele fictieve dierentalen en met name over de hondentaal in Sylvie en Bruno, Raster 54, blz. 49.
Zelfs de meest trouwe lezer, voor zover die soort ook daadwerkelijk bestaat, zal zich ongetwijfeld niet meteen herinneren dat ik het in het voorlopig onaffe De prijs van een reis naar Parijs, (waar ik nog altijd onder dat struikje in Aix-en-Provence lig), of Een reconstructie, titel die de geoefende lezer zich misschien wel herinnert, een tekst waar ik eind vorig jaar mee bezig was, Psalmanasar opvoerde. Een allerminst bondige maar niettemin korte introductie tot leven en werk van George Psalmanasar (bij leven en welzijn eind zestiende, eerste helft zeventiende eeuw) had ik in Een kleine encyclopedie van misleiding aangetroffen, een door Roelf Bolt samengesteld naslagwerk over leugenaars en vervalsers, waarin enkele personen waarmee ik ooit mee te maken had helaas ontbreken (ik gebruik de verleden tijd omdat zij in deze telkens de meest volmaakte is). Opnieuw in Fougères aanbeland, tijdens de reconstructie van wat na een maandenlange tocht door Frankrijk uiteindelijk een reis naar Parijs bleek, stelde ik me voor dat in het château, dat ik veel later opnieuw bezocht, misschien een schaduw, misschien een spoor van Psalmanasar te vinden was, die vooral bekend werd door wat hij over Formosa schreef, waar hij nooit geweest was.
(2)
In Raster 54 (1991), tref ik een spekvaardige vertaling aan van Roman als lipogram, een tekst van Georges Perec, waarin hij zonder gebruik te maken van de letter e uitwijdt over La disparition.
(3)
Ben Speth, hiermee belanden we opnieuw in een andere tekst, die over eilanden, stuurt me een mailtje met de mededeling dat hij opeens besefte, nadat hij The Rashomon Case gelezen had, gebaseerd op wat hij over Pitcairn schreef, dat hij mijn reconstructie best gaaf vindt maar niet weet of hij zich exact precies dat herinnerde wat Merelda Murray hem drie weken eerder verteld had.
vrijdag 24 juli 2015
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten