vrijdag 3 augustus 2012

een zomeravond

Het mosseldiner begint met een bijzondere gebeurtenis. De hoofdredacteur overhandigt me een boekje. Moet je dit eens lezen, zegt hij.

Mijne hoorders:

Ik zou een voordracht houden. Toen ben ik gaan zitten en heb nagedacht. Niet diep. Want als ik zit, kan ik niet denken. Ik heb den Bijbel genomen en heb gelezen. Ik zocht een motto voor mijn voordracht. Ik had een vaag idee dat daar ergens moest staan: 'Gaat heen en oordeelt.' Want ik wilde schrijven over 'Vrije Studie'. Maar ik vond 't nergens en ben toen in slaap gevallen - bijna. Want 't was zondag en een vervelende dag geweest.

Zo begint een lezing die de zeventienjarige Nescio in 1900 hield, voor een of ander genootschap wellicht, dat vergat ik te noteren. Het staat in Tirade, het mei/juni nummer van 1982, bladzijde 271.

Ik smeer pastei van coquille Saint-Jacques op een cracker en lees de zin nog een keer. Ik zou een voordracht houden. Toen ben ik gaan zitten en heb nagedacht. Niet diep. Want als ik zit, Coquille Saint-Jacques, bedenk ik, het is de tweede keer, bedenk ik, bij mijn weten de tweede keer dat ik, en dit had ik niet geschreven kunnen hebben als ik van Alte Meister niet minstens 50 bladzijden gelezen had, 'hoezo' vraagt iemand, een andere keer, zeg ik, daar is nu geen tijd voor, zeg ik, en om af te ronden waar we het over hadden: dit is de tweede keer dat ik Coquille Saint-Jacques eet. Over deze bewering denk ik heel even na. De eerste keer moet tijdens een of andere trouwpartij geweest zijn.
Ik lees de zin nog een keer. Het gesprek aan tafel kwam op Alicante. In Alicante heb je op elke straathoek een frietkot, merkt iemand op. Dat stemt tot nadenken. Toen ik laatst in Màlaga rondliep, op een winteravond, merkte ik overal kebaberijen. De uitbaters van De Hemel, verneem ik, een keet waar ik overigens nooit kwam, zouden naar Màlaga verhuisd zijn, naar een dorpje net ten noorden van Màlaga.
De wijfjespauw heeft gejongd. Ze struint over het terras, vier piepjonge kuikens in het moederlijke zog. Een vos heeft het kippenbestand gedecimeerd. Alleen de haan, een blue de Landes, overleefde de strooptocht. We drinken picon vin blanc. De mosselen zijn op smaak gebracht met venkel en curry. Het schudden van de mosselen maakt het geluid van een soldatenmars.

Hoe zit het nu eigenlijk precies met het cholesterolgehalte van een ei, vraagt iemand. We hadden het uiteraard net zo goed over het testosterondebiet van de gemiddelde Marokkaan gehad kunnen hebben en de idiote, onwelriekende en vrouwonvriendelijke terreur van de sharia. Het duurt geen eeuwigheid voor de term moslimnazi in het woordenboek staat. Normandië is geschiedenis. In salafistische kringen hebben ze alle principes op een rijtje.
Als je een theezakje opwarmt in een microgolf, merkt iemand op, spat het uit elkaar.

Geen opmerkingen: