dinsdag 3 november 2009

dinsdag 3 november

China Roel Jacobs over China. Al in 1989 was 't hem opgevallen: de mensen zijn er direct, open, spontaan, hebben geen schrik om zogenaamd verkeerde dingen te zeggen. Alleen als ze met uniformen te maken hebben, zijn ze wat rustiger.
Ook hebben ze een enorme controle van zichzelf, zelfs als ze zich in een ongestructureerde, niet te vatten, chaotisch door elkaar wriemelende massa bevinden.
Je ziet ook zo weinig politie.

Europalia China 2009 is een bijzonder clichématige benadering van China.

Xian is vlakbij het terracotta-leger.
Nanjing heeft een prachtig station. Alle spoor- en invalswegen bevinden zich onder het station. Het stationsplein zelf reikt tot aan de rivier. Als je het afwandelt, kan je in de rivier stappen.

De toiletgebruiken in de grote steden zijn luxueus. Alle appartementen en hotelkamers hebben een badkamer, moderne toiletten, douches.

Roel maakt een vergelijking met Egypte. Op de ansichtkaarten is het er altijd zonnig terwijl het in Egypte net zo goed mistig kan zijn en regen hebben ze er ook. Ansichtkaarten vertellen een fout verhaal.

Xian. Zeer groot. Een universiteitsstad. Xian is een van de oudste steden.

Darras, Jacques
Moi, j'aime la Belgique! Edition l'arbalète Gallimard, page 24
Ma première Meuse, j'en tremble encore.

Tout passe d'abord par le regard.

Ensuite vient la voix.

Vivre c'est rejoindre le regard de l'enfance par la voix.

Dire le regard.

Dire la Meuse vue, je n'aurai vécu que pour dire la première Meuse.

late voormiddag De Vlaamse Kaai ligt open. Ik rij om via de Visserij. Het regent. Op het dashboard is er een ikoontje dat aangeeft dat de auto binnen moet voor onderhoud. Ik parkeer op het woonerf en bots in de corridor op Marc en de mensen van Circa. Roel is er niet. Een ogenblik na deze vaststelling, wat niet tot conclusies noopt, hoor ik de beltoon van m'n gsm: in het keukentje, aan de leiband van z'n batterij-oplader. 't Is de hoofdredacteur. Hij brengt me op de hoogte van het feit dat hij vanmorgen vroeg naar Parys Printing reed en 252 exemplaren van Over Vorm van Hans Theys mee huiswaarts nam. 252 exemplaren, dat kon net in z'n auto. Crox-boek NR 14 weegt een kilo 't stuk.
Ik weet wat me te doen staat, spring in de auto en rij naar Evergem. Aan de scheepswerf is er politiecontrole op rijrichting Gent.

Luikse bouletten
De echte Luikse bouletten, verneem ik, heb je bij Lequet, vlakbij de universiteit.
Mamac: personne ne le connait.
Lequet: tout le monde le connait.

Michel
Demonteren en inpakken van de monitoren. Het inladen is paswerk. Roel, Gerd en Maarten zijn in de corridor bezig. We drinken koffie. Marc komt van de Colruyt in Sint-Amandsberg. Een Atlantische storing waait over het woonerf. Voor ik met de gehuurde spullen richting Kapiteinstraat rij, gaan we langs in 't Gouden Hoofd. Op de dagkaart hebben ze varkenskotelet in champignonsaus met krieltjes en witloof. Colette gaat voor het witloof in hamrolletjes, Michel voor de lams chili. Roel, die er wat later bij komt zitten, stelt zich tevreden met de croque monsieur.

ochtend
Een rustige ochtend. De gsm is nergens te bespeuren. Zalig. Niemand spoort me aan tot stappen die ik niet nemen wil, niemand herinnert me aan afspraken waarvan ik niet eens zeker weet of ik ze vergeten was. Nog beter: niemand veegt me de mantel uit, niemand zaagt me de benen van het hoofd. Geen slimmerik die me op de hoogte brengt van het feit dattie m'n gsm in de crox-bar signaleerde waar het ding al wel minstens twintig keer gerinkeld heeft. Nee hoor, daar trap ik niet in. Tenzij ze hoogst persoonlijk afzakken naar mijn residentiële verblijf, er in slagen om over het met prikkeldraad beveiligde muurtje te klauteren, niet door de als betegeling vermomde rotte bekisting van de beerput zakken, als ze de ontmoeting met enkele huisdieren overleven, waarvan die met Anaconda het Pekineesje ongetwijfeld de hachelijkste is, als ze niet op het tegeltje trappen waardoor ze achterwaarts in de vijver met piranhas gekatapulteerd worden, als ze de op theorie gestelde bouvier die normaal gesproken aan de ketting ligt weten te ontwijken, als ze deze en nog wat andere gevaren heelhuids doorkomen, zullen ze gauw inzien dat 't vergeefse moeite was: ik heb niets te vertellen.

Geen opmerkingen: