Leonard doet de rhodedendron. Wind blaast om de hoek. Ik had de zwarte zee besteld. Hoe het met die zwarte zee zit, vond ze een te verwaarlozen gebaar. Op de trap naar Constantinopel stond ik ooit naast een slager die net hetzelfde gezegd zou hebben. Van een oom ontving hij verzen in briefvorm, waar hij niet op geantwoord had omdat hij tijdelijk zonder inkt zat, en aan de oever van Zwarte Zee, toen ik aan de lobby van het hotel haar handtas zocht, begon een nieuwe kwelling. Door de luidsprekers schalde het vijftiende strijkkwartet van Dimitri Shostakovitch. De capsules, het potloodstompje, de utopie, de flesjes, de vellen zeewier met zoutsmaak, de vitaminen en de tabletten, alles wat ze overwogen had, het bleek zinloos. Met elke gedachte struikelde ik over nog een gedachte.
Het zwart van de zee die ze besteld had, was net zo zwart als het te verwaarlozen gebaar, de inkt in het handtasje en wat van het wit van het zwarte wit gebleven was.
vrijdag 9 oktober 2015
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten