zaterdag 16 februari 2008

vrijdag 15 februari

Rond de middag zag hij een gaatje in z'n agenda, had Harry gezegd. Op het nabijgelegen schoolplein is er grote pret. Vlakbij de straatkant heeft een peuter zich achter een van de afvalcontainers verstopt. Ik parkeer de auto op het woonerf, open de poort en laad de verse voorraad campechano uit. In de croxruimte is niemand. (Eergisteren, zei Ilse, waren ze tot zeven uur 's ochtends bezig gebleven.) De enorme lamp staat op identiek zelfde plaats als gisteravond, ze hebben er zo op het eerste zicht niets mee weten aan te vangen.
De opstelling in de gang had een werk van Thomas Karz kunnen zijn: eerst een borstel schuin tegen de muur geplaatst (Alberts van Alberts & Messchendorp die met z'n lange torso tegen een muurtje aanleunt) en wel op zo'n manier dat je de nonchalante precisie van een plotse inval vermoedt, dan een handborstel (de egel die van plan lijkt om zich onder een opgeplooid dekzeil te verstoppen), twee stappen verderop een vodje - ah! Een vodje. Een vodje en een vuilblik. Vijf stappen dieper de gang in een zwarte emmer. Ah! Ho ho, emmer, zwarte emmer. In de zwarte emmer een kubieke hoeveelheid water en een dweil. Ahlala, dweil, een dweil, ha ha, een dweil. Goed, dus, dweil, emmer, ter linkerzijde hoopje stof, stukje hout, platte peuk en rechtsop (het hoofd heel even rechtsop bewegen) een houten deksel - Ah! deksel! Ha ha. Deksel. Ho ho ho, goed zeg, heel erg precies. Cauchy heeft dat ding gemaakt. Het past perfect in het ronde gat van het afvoerputje. Want, inderdaad, afvoerputje. En dus, als ik rechtsomkeert maak, de linkerzijde ter rechterzijde. Maar doe ik niet want zeven stappen verderop alweer nieuwe avonturen, dit keer een grote hoeveelheid zagemeel (iemand zou van plan geweest zijn om het houtafval op een hoopje bijeen te vegen).
De kinderstemmen jagen over het woonerf. In de ruimte achterin bleven her en der kleine meubelstukken en een grote hoeveelheid voorwerpen slingeren alsof de activiteiten inderhaast onderbroken werden. Vermaledijde, bij het haar getrokken conclusie. Sufferdje! Uit het parcours (losse handleiding bij bepaald aantal bezigheden, tol van slapeloosheid, op losse schroeven heen en weer wiebelende argumentatie) blijkt een koortsige gedrevenheid en dus voorwerpjes als ijskasten, dressoirs en garderobes die van de berg omlaag donderden en in doffe versplintering lukraak over de zaalvloer spatten, ergens terecht kwamen, soms hier, soms daar, er bleven liggen, een plek aangewezen door de kromme vinger van het toeval. Jij, hier, gele asbak, versplintering, wat sta je hier te doen. En jij daar, rol toiletpapier, afknapsel, wat is er met jou gebeurd. Tegen schuifdeur aanplakkende plank, van nature voorbestemd tot nutsbesef - radicaal - en dat staat wat te lummelen, leunt tegen een muurtje aan, ja, jij daar of over wat had ik het, en wat is het, schuifdeur soms. In het haastige tumult kwam een stukje donkerrood schuurpapier naast de natte dweil terecht en naast de gele asbak, op een witte plank, plank waarop de Marokkaanse kunstenaar Brahim Bachiri de kop van een ram tekende, is een compositie aanbeland met een cutter, een soepkom, een lepeltje en tape. Een soepkom, jawel. Flink daarvandaan, in beide hoeken achterin de zaal, staat geluidsapparatuur opgesteld. Dichterbij, voorin, de schuifladder - die is voor Harry bedoeld - en een kartonnen doos die een termoventilator van het merk De Longhi bevat, de blauwe stoel (een van het half dozijn stoelen die Joris eind december 2005 binnenstak, met tippex bracht hij er een datum op aan en de zin 'I sit and wait'), een waterpas, ook, en het statief dat in principe bij de lamp hoort die in de hall bovenop het gastenboek terechtkwam. Klemschroeven, aanverwant materiaal, een kleine werklamp, dekens, witte bekabeling - uit de betonnen vloer losgerukte wortelstokken - en achterin tenslotte, onder een van de koepels waardoor een zacht, enigszins gelig licht de ruimte binnendringt (de stelling bevindt zich vlakbij, die werd nog niet ontmanteld), is de slaapplek, een langwerpig en dik stuk mousse waarover een wit deken werd uitgespreid. En hier dus, straks, later, aan het verborgen begin van een vergeten handeling, het oprapen van een gelig touwtje, gladstrijken van plooien, neerdalen in de diepte van de berg, het gevecht op leven en dood met een harige kobolt, buiten raast een sneeuwlawine, van dorpen afgesneden gaat het stapsvoets in een razernij van sneeuw, later naar het binnenste van de dingen, in een berg van dingen, het tasten tussen de harige wortels van vergeten plantensoorten, overnachten in het warme binnenste van een gigantische drol, later de sporen van een jakhals, lijkenwreter, beugelsnijder, met z'n harige pens in een vochtige brij van nijlpaarddrollen, janken tot ergens op een of andere ster de echo klinkt in het lege doosje van een voetstap, het kruipen in de vochtige bloederige moederbuik, buiten veegt de berg het dorp en de bossen van zich af, sneeuwvlokken dik en zwaar als molenstenen slaan te pletter tegen de hongerige huid van het gebergte en in die duisternis, diep in de oerbuik van het gebergte, kruipend, tastend, de handpalmen in drollen plaatsend, tranen smelten tot speerpunten, woest kruipend in de holle kamer van het gebergte tot ik opeens in het binnenste van de berg sta. Het wateroppervlak is glad als het gepolierde tafelblad van een kersenhouten kastje. In de leegte van het binnenste stijgen druppels uit het duistere wateroppervlak naar onzichtbare hoogte.

14u - Harry klimt op de ladder en bestudeert het verwarmingstoestel, opent een module die zich achterin het toestel bevindt. Ja, dit soort toestellen zie je wel vaker, zegt hij. Het binnenste van het kastje toont rode en blauwe bedrading. Er zou teveel lucht in de leidingen zitten. Wat zegt ge? Dat er teveel leidingen in de lucht zit. (tast in het binnenste van de radiator, is gedurende een hele tijd met het mechaniek bezig, decimeert de inhoud van het doosje lucifers)
Of er veranderingen aan de gas gebeurd zijn, vraagt hij opeens. Wat zegt ge, vraag ik. Of er veranderingen aan de gas gebeurd zijn. Veranderingen? Nee, zeg ik. Nee, er zijn geen veranderingen gebeurd.

In de grote zaal is Els bezig. Dan Ilse en Annie, de moeder van Ilse. Dat ze vandaag tot 10 uur 's ochtends bezig bleven, verneem ik, zij en Kurt, en dat ze die grote lamp inderdaad niet wilden gebruiken, ze hebben twee theaterspots in de koepel aangebracht wat een effect van daglicht heeft en dat is het beste scenario, meent ze.
Rond een uur of drie - Harry is er net vandoor en de kachel gerepareerd (als het toch fout loopt zal hij een vervangstuk moeten bestellen, zei Harry) - springen Wim De Waegeneer en Lieven Cateau binnen. Het gesprek komt op Alfred Jarry. Dat Wim dus een kenner van het werk van Jarry is, Jarry die een kleine gestalte had en op een tussenverdieping woonde waar hij onder andere uilen hield en liggend schreef omdat het zittend niet wilde lukken. Stierf jong wat met overmatig drankgebruik te maken had.

Patrick Baele. Komt om de installatie van Els te filmen, een indrukwekkende constructie van op elkaar gestapelde bollen vervaardigd met transparante tape. Marc De Clercq documenteert het andere project, dat van Ilse. Iemand heeft de doorgang naar de corridor met stoelen gebarricadeerd, het loopt tegen halfnegen en Ilse is er nog niet klaar mee. Ze trok een zwarte jurk aan, heeft zich geschminkt, we braken in allerijl de stelling af, Benjamin en Liesbeth hielpen met het lijmen van de witte pakjes. Els zei dat ze geen licht in de hall wilde, ik vroeg waarom ze geen licht in de hall wilde, omdat dat de sfeer in de grote zaal kon beïnvloeden zei ze. Dus we zoeken een oplossing. Intussen stromen de eerste bezoekers toe. Op gegeven ogenblik stapt iemand met een glas water door de corridor naar de zaal achterin.

Wat Patrick zich van het gesprek herinnert. Dat we het over een diefstal in de academie hadden, over de verdwenen goudvinkjes, over Philip Marlowe, over Bart Baele, over een probleempje met de laptop, over Kunst In Huis en werkloosheid. Later Hitchcock, Herzog, Pasolini, Tarkovski, Bergmann. Van Hitchcock 'Lifeboat' uit 1943, een onvolprezen meesterwerk. Van Herzog Kaspar Hauser, Nosferatu, Grizzly Man en Heart of Glass, van Pasolini het vroege werk en Andrei Roublev van Tarkovski. Op Google ontdekken we dat de filmografie van Tarkovski 14 titels telt.
Wat de gesprekspartner zich over het gesprek herinnert. Dat we het over Playtime van Tati hadden (meesterwerk, meesterwerk). Dat de ander de meeste Hitchcocks al in de jaren zeventig op televisie zag. Dat hij Marnie en Frenzy dooreen haalt. Dat Nostalgia die ene titel was die ze zich niet wisten te herinneren. Dat ze het over Sarah Van De Vijver hadden en over Im Lauf der Zeite van Wenders. Dat Patrick zei dat hij aan een film over of voor The Singing Painters gewerkt had en dat die film intussen af is.
Dat dat pas gezegd was of Michaël kwam aanstappen. In de grote zaal was Marc Coene foto's aan het nemen. Rijkelijk vloeide het bier. Ilse sliep.

Geen opmerkingen: