zondag 18 augustus 2013

zondag

Wat voor een groep mensen belangrijk is of grappig, rechtschapen of onbeschoft, is dat in het geheel niet voor nog zo'n groep mensen, niet meteen andere mensen, gewoon nog zo'n groep met binnen die groep grotere, vaak ook meer kwalijke meningsverschillen en meer uiteenlopende bekommernissen dan deze die tussen twee, drie of honderd van dit soort groepen hadden kunnen bestaan, alleen al door het feit dat al die groepen, hoe tegengesteld ze ook lijken, dezelfde behoeften en verlangens hebben.

Toen ze topmodel was, zegt een dame die het recht meent te hebben om dat over die ander te zeggen, mocht ze alleen heel af en toe een blaadje sla eten.

Een moeilijke keuze: couscous royale, slibtongetjes gebakken, gebraden, (er is een restaurant hier in Gent waar ze 't als sliptong op de kaart hebben) de bouillabaise, Vlaamse stoverij met appelmoes, niertjes, een kabeljauwnoot of een vol-au-vent van Mechelse koekoek. Begin maar.

De Leie heeft een kleur van appelblauwzeegroen. Op de andere oever een wandelaar met paraplu of wandelstok of hengel; hij houdt het voorwerp als een jachtgeweer tegen de linkerschouder geklemd.
Op de dichtbije oever nog een wandelaar, hij heeft beide handen op de rug alsof ze aan elkaar vastzitten - het idee dat hij straks om volstrekt onverklaarbare reden zo op een bank plaatsneemt, die bank vlak bij de Leiebocht, op gegeven ogenblik van plan lijkt om de armen op te tillen, maar dat lukt niet - en stapt in een rustige, meditatieve, bijna dromerige voortgang. Zo onder de perelaar op een andere oever plaatsnemen: prooi van rotte vrucht.

Boven de wilgen is een teerblauwe hemel. Paarse wolken met oranje schuimranden schuiven over het landschap. Het paars is niet overal even diep, het heeft roomvlokken die grijspaars of lichtoranje kleuren, crême-nuances, in het centrum de kleur van een rottende aubergine, aan de randen die van beschimmelde vleeswaren, die prachtig - ik mag wel zeggen plechtstatig - door het luchtruim drijven.

Weet je, zegt een van de dames (later kijk ik heel even naar haar om, ze zit namelijk achter m'n rug aan een tafel vlak naast de balustrade), weet je, zegt ze, weet je eigenlijk wel hoeveel mensen verslaafd zijn. Nog in te vullen: aan het lezen van... aan het bekijken van... (ik ben verslaafd aan sex, merkt een van de tafelgenoten op (hij is een jaar of vijftig, merk ik, heeft een spits gezicht en ziet er, voor zover ik dat inschatten kan, best verstandig uit), wat de tafelgenoten om tal van redenen, redenen die ik niet eens te verzinnen heb, een grappige quote hadden kunnen vinden, of misschien net niet, wat niet uit de voortgang van het gesprek af te leiden is) aan diep in je beverige blik... tonnen in onbruik geraakte geilheid... te voet naar een nachtwinkel gaan... afwas van 14 dagen... baby's die drie dagen in de zon gelegen hebben...

Aan de overkant van het water passeert van tijd tot tijd een jogger, altijd dezelfde, zo lijkt het wel.

Je kan het makkelijkst verliefd worden op iemand die je helemaal niet kent, en hopen dat je haar helemaal nooit leert kennen.

Geen opmerkingen: